blij

blij

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  blij    (hulp, bestand)
  • IPA: /blɛi̯/
Woordafbreking
  • blij
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen blijblijerblijst
verbogen blijeblijereblijste
partitief blijsblijers-
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘vrolijk’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1152 [1]

Bijvoeglijk naamwoord

blij

  1. vrolijk van stemming
    • Er waren veel blije mensen te zien bij de inauguratie van president Obama. 
    • Zij was heel blij toen zij de goede uitslag van haar examen hoorde. 
Synoniemen
Antoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord blij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.