badpak

badpak

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bad·pak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord badpak badpakken
verkleinwoord badpakje badpakjes

Zelfstandig naamwoord

badpak o

  1. (kleding) kledij bedoeld voor het baden en zwemmen
    • Wij liepen in badpak. 
Synoniemen
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord badpak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.