ampère
Nederlands
Woordafbreking
- am·pè·re
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘eenheid van elektrische stroomsterkte’ voor het eerst aangetroffen in 1887 [1]
- Vernoemd naar André-Marie Ampère (1775-1836), Frans wis- en natuurkundige
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ampère | ampères |
verkleinwoord | ampèretje | ampèretjes |
Zelfstandig naamwoord
ampère m
- (natuurkunde), (elektronica), (elektrotechniek) (eenheid) de SI-basiseenheid van elektrische stroomsterkte/elektrische stroom, weergegeven met symbool A
- De grootheid "elektrische stroomsterkte" (symbool: I) wordt uitgedrukt in SI-eenheid ampère (symbool: A).
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
eenheden van ampère in het Nederlands (nld) |
---|
yoctoampère • zeptoampère • attoampère • femtoampère • picoampère • nanoampère • microampère • milliampère • centiampère • deciampère • ampère • deca-ampère • hectoampère • kiloampère • mega-ampère • giga-ampère • tera-ampère • peta-ampère • exa-ampère • zetta-ampère • yotta-ampère |
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord ampère staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'ampère' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
Frans
Limburgs
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Piëmontees
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Portugees
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.