amalgaam

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  amalgaam    (hulp, bestand)
  • IPA: /amɑl'ɣaːm/
Woordafbreking
  • amal·gaam
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het me Latijn, in de betekenis van ‘legering’ voor het eerst aangetroffen in 1636 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord amalgaam amalgamen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

amalgaam o

  1. (metallurgie) (medisch) legering van kwikzilver en een ander metaal, bijvoorbeeld zilver, vroeger veel gebruikt voor vullingen van kiezen
  2. mengelmoes
Hyponiemen
  • cadmiumamalgaam, goudamalgaam, tinamalgaam, zilveramalgaam, zinkamalgaam
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord amalgaam staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
81 %van de Nederlanders;
77 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.