amalgamen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • amal·ga·men

Zelfstandig naamwoord

amalgamen mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord amalgaam


Spaans

Werkwoord

vervoeging van
amalgamar

amalgamen

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van amalgamar
  1. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van amalgamar
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.