aanbieding
Nederlands
Woordafbreking
- aan·bie·ding
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aanbieding | aanbiedingen |
verkleinwoord | aanbiedinkje | aanbiedinkjes |
Zelfstandig naamwoord
aanbieding v
- (handel) iets voordelig te koop aanbieden
- De winkel stond vol met verschillende aanbiedingen om de klanten naar binnen te lokken.
- Als je iets gedurende een korte tijd kunt kopen voor een lagere prijs is het een aanbieding.
- het aanbieden
- Ik kan u geen betere aanbieding doen dan ik al gedaan heb.
Opmerkingen
- De voor "aanbieding" genoemde meervouds- en verkleinvormen worden ook gebezigd voor "aanbod" dat slechts in het enkelvoud voorkomt.
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
|
Vertalingen
1. iets voordelig te koop aanbieden
Gangbaarheid
- Het woord aanbieding staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'aanbieding' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Afrikaans
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.