Alexandre Tansman

Alexandre Tansman (ook: Aleksander Tansman) (Łódź,[1] 11 juni 1897Parijs, 15 november 1986) was een Pools-Frans componist, dirigent en pianist.

Alexandre Tansman
Alexandre Tansman en Anna Eleonora Brociner
Volledige naamAlexandre Tansman
Geboren11 juni 1897
Overleden15 november 1986
Land Polen/ Frankrijk
Nevenberoepdirigent en pianist
Instrumentpiano
LerarenWojciech Gawroński, Piotr Rytel, Henryk Melcer-Szczawiński
Belangrijkste werken9 symfonieën, pianoconcerten, cantate en opera's
Portaal    Muziek

Levensloop

Tansman werd als zoon van Frans-sprekende Joodse ouders in Łódź geboren en groeide daar ook op. Al op 4-jarige leeftijd kreeg hij pianolessen en op 8-jarige leeftijd begon hij te componeren. Hij studeerde van 1908 tot 1914 piano en compositie bij Wojciech Gawroński aan het conservatorium van Łódź. Vervolgens vertrok hij naar Warschau en studeerde rechten aan de Universiteit van Warschau en promoveerde in 1918. Tegelijkertijd studeerde hij aan het conservatorium van Warschau contrapunt bij Piotr Rytel en compositie bij Henryk Melcer-Szczawiński.

Nadat hij bij de eerste compositiewedstrijd in 1919 van de Polski Klub Artystyczny (Poolse Artiestenclub) in Warschau met de werken Romans (Romance) (1918-1919) voor viool en piano, Impresję (Impressie) (1918-1919) voor piano en Preludium H-dur (Preludium in B) (1918-1919) voor piano drie prijzen had gewonnen, vertrok hij naar Parijs. Hier maakte hij kennis met de grote componisten van die tijd zoals Maurice Ravel, Albert Roussel, Arthur Honegger, Darius Milhaud, Andrés Segovia en Igor Stravinsky. Hij begeleidde Maurice Ravel in 1928-1929 op diens concerttournee door de Verenigde Staten.

Al in het begin van de jaren dertig was Tansman een belangrijk lid van wat wel de Parijse School wordt genoemd, een groep kunstenaars in Parijs aan het begin van de 20e eeuw, onder wie veel buitenlanders. In 1932 en 1933 maakte hij een concerttournee door de hele wereld, waarbij hij Hawaï aandeed, door de Verenigde Statenreisde, en Japan, China, de Filipijnen, Singapore, Nederlands-Indië, Maleisië, Ceylon, India, Egypte, Palestina en Griekenland bezocht. In 1937 was hij jurylid van de Koningin Elisabethwedstrijd voor viool in Brussel. In 1938 kreeg hij de Franse nationaliteit. Inmiddels was hij gescheiden van zijn eerste vrouw, Anna Eleonora Brociner. In 1937 trad hij in het huwelijk met de Franse pianiste Collette Cras, een van de dochters van de componist Jean Cras.

Als Joods componist met verbinding tot de muzikale moderne werd hij al spoedig tot speelbal van de wereldgebeurtenissen. Zijn naam verscheen in 1938 in de beruchte, door de nazi's propageerde en geënsceneerde expositie Entartete Musik, en naar de deling van Frankrijk vluchtte hij in 1940 naar Nice. Zijn emigratie in 1941 via Lissabon naar de Verenigde Staten met zijn echtgenote en hun dochters, die beide nog zuigelingen waren, werd mogelijk gemaakt door grote steun van Charlie Chaplin, Arturo Toscanini, Sergej Koesevitski, Eugene Ormandy en Jascha Heifetz. In Los Angeles vond hij al spoedig een groep van Exil-kunstenaars. Hij werd een goede vriend en dagelijks bezoeker van Igor Stravinsky, over wie hij in 1948 een biografie schreef.

Na het einde van de Tweede Wereldoorlog kwam hij in 1946 eindelijk naar Frankrijk terug, omdat hij - zoals hij later steeds verklaarde - "Europa met heel zijn narigheid boven een goed leven in Amerika verkoos". Tot het einde van zijn leven componeerde hij, en hij schreef rond 300 werken. Tansman beleefde een carrière, die hem niet uitsluitend met de grote componisten van zijn tijd samenbracht, maar ook met talrijke persoonlijkheden van historische betekenis. Maar weinig componisten hebben een audiëntie bij de keizer Hirohito van Japan gekregen, of waren zes dagen persoonlijke gast van Mahatma Gandhi, hebben samen met George Gershwin aan de orkestratie van hun An American in Paris gewerkt, en de persoonlijke hulp van Charlie Chaplin kunnen genieten. Aan het einde van zijn leven was de wereldburger Tansman in drie van de hoogste Academiën van de Kunsten - in Frankrijk, België en in het vaderland Polen.

Composities

Werken voor orkest

Symfonieën

  • 1917 Symfonie Nr. 1
  • 1926 Symfonie Nr. 2 in a-klein
  • 1931 Symfonie Nr. 3 - "Symphonie concertante", voor viool, altviool, cello, piano en orkest
  • 1936-1939 Symfonie Nr. 4
  • 1942 Symfonie Nr. 5 in d
  • 1944 Symfonie Nr. 6 - "In memoriam", voor gemengd koor en orkest
  • 1944 Symfonie Nr. 7 - "Lyrique"
  • 1948 Symfonie Nr. 8 - "Musique pour orchestre"
  • 1957-1958 Symfonie Nr. 9

Solo-concerten met orkest

  • 1925 Concert Nr. 1 voor piano en orkest
  • 1927 Concert Nr. 2 voor piano en orkest
  • 1928 Suite, voor twee piano's en orkest
  • 1929 Suite dans le style ancien, voor piano en klein orkest
  • 1931 Concertino, voor piano en orkest
  • 1936 Fantaisie, voor cello en orkest
  • 1936-1937 Concerto, voor altviool en orkest
  • 1937 Concerto, voor viool en orkest
  • 1937 Fantaisie, voor piano en orkest
  • 1943 Concertstuk, voor piano (voor de linkerhand) en orkest
  • 1944 Partita no 2, voor piano en orkest
  • 1945 Concertino, voor gitaar en orkest
  • 1952 Concertino, voor hobo, klarinet en strijkorkest
  • 1963 Concerto, voor cello en orkest
  • 1968 Suite concertante, voor hobo en kamerorkest
  • 1968 Concertino, voor dwarsfluit, strijkorkest en piano

Andere orkestwerken

  • 1915-1916 Prometheus, symfonisch gedicht
  • 1916-1917 Toison d’or (het Gulden vlies, symfonisch gedicht
  • 1919 Prélude symphonique
  • 1920 Vision nocturne, symfonische impressies voor orkest
  • 1923 La Danse de la sorcière uit het ballet «Le Jardin du paradis», voor orkest
  • 1923 Légende
  • 1924 Sinfonietta, voor kamerorkest
  • 1926 Ouverture symphonique, voor groot orkest
  • 1927 Esquisse, voor orkest
  • 1927 La Nuit kurde, symfonische suite uit de opera
  • 1928-1929 Toccata, voor orkest
  • 1930 Cinq Pièces, voor viool en klein orkest
  • 1930 Triptyque, voor strijkorkest
    1. Allegro risoluto
    2. Andante
    3. Finale: presto - andante cantabile - tempo primo - meno mosso - moderato - lento
  • 1931 Quatre danses polonaises
    1. Polka
    2. Kujawiak
    3. Dumka
    4. Oberek
  • 1932 Deux moments symphoniques
  • 1933 Deux pièces, voor orkest
  • 1933 Partita, voor strijkorkest
  • 1933 Rapsodie hébraïque, voor klein orkest
  • 1934 Deux intermezzi
  • 1935 Deux images de la Bible
  • 1937 Variations sur un thème de Frescobaldi
  • 1937 Suite no 1, voor kamerorkest
  • 1938 Rapsodie hébraïque, voor orkest
  • 1938-1939 Deux Chorals de Johann Sebastian Bach
  • 1940 Rapsodie polonaise
  • 1940-1942 Études symphoniques
  • 1941 Study in Boogie-woogie
  • 1943 Sérénade nr 3, voor orkest
  • 1944 Divertimento, voor kamerorkest
  • 1944 Grzech pierworodny (The Genesis), voor spreker en orkest, (in samenwerking met:Arnold Schönberg, Darius Milhaud, Igor Stravinsky, Mario Castelnuovo-Tedesco, Ernst Toch, Nathaniel Shilkret) verhaal naar Genesis
  • 1946 Le cantique des cantiques, muzikaal gedicht voor kamerorkest
  • 1947 Musique pour cordes, «Quatuor no 7», voor strijkkwartet en strijkorkest
  • 1949 Allegro sinfonico
  • 1949 "Suite dans le goût espagnol" uit «Voyage de Magellan», voor orkest
  • 1949-1956 Musique de table
  • 1954 Capriccio, voor orkest
  • 1954 Concerto, voor orkest
  • 1956 4 mouvements symphoniques
  • 1962 Six Études, voor orkest
    1. Allegro risoluto
    2. Andante sostenuto, quasi lento
    3. Allegro scherzando (vivace)
    4. Lento
    5. Allegro con spirito
    6. Très lent
  • 1963 Six Mouvements, voor strijkorkest
  • 1968 Quatre Mouvements, voor orkest
    1. Notturno
    2. Perpetuum mobile
    3. Interlude - Elegia
    4. Ostinato (Toccata)
  • 1969 Diptyque, voor kamerorkest
  • 1969 Hommage à Erasme de Rotterdam
  • 1972 Stèle in memoriam d'Igor Stravinsky
  • 1975 Élégie, voor orkest
  • 1978 Apostrophe to Sion
  • 1978 Sinfonietta no 2, voor kamerorkest
  • 1978-1979 Les dix Commandements

Werken voor harmonieorkest

  • 1945 Fanfare (opgedragen aan Frankrijk) voor koperblazers en slagwerk
  • Carnival suite

Cantates

  • 1977 Apostrophe à Zion, cantate voor gemengd koor en orkest

Muziektheater

Opera's

Voltooid intitelaktespremièrelibretto
1927La nuit kurdeProlog en 3 aktes1927, Radio ParijsJean-Richard Bloch
1938La Toison d'or3 aktes13 april 1947, ParijsSalvador de Madariaga
1948Le Roi qui jouait le fou2 aktesRené Laporte
1953Le Serment2 schilderijen1954, ParijsDominique Vincent naar Honoré de Balzac
1957-1958Sabbataï Zévi, le faux messieProlog en 4 aktes3 maart 1961 Parijs, Théâtre des Champs-ÉlyséesNathan Bistritzky
1963L'usignolo di Boboli1 akte21 juli 1965, NiceMario Labroca
1973-1974Georges Dandin3 aktes25 juli 1974, Sarlat-la-Canédanaar Molière

Balletten

Voltooid intitelaktes libretto choreografie
1922Le jardin du paradis4 taferelenHans Christian Andersen
1923Sextuor (wersja radiowa)
radioballet
1 aktenaar een verhaal van Alexandre ArnouxOlga Preobrazenska
1927Lumières4 scènesAndré Couroy
1929Le cercle éternel2 taferelenJean Börlin
1935Bric-à-brac3 taferelenAlexandre ArnouxW. Ignatow
1935La grande ville3 taferelenKurt Jooss
1946He, She and I
1951Le train de nuitKurt Jooss
1962Résurrection4 taferelenPierre Médecin,
naar Léon Tolstoï
Françoise Adret

Werken voor koren

  • 1945 Deux chants religieux anciens polonais, voor gemengd koor en orgel
  • 1951 Quatre prières, voor gemengd koor
  • 1952 Trois madrigaux de Michel-Ange, voor gemengd koor

Vocale muziek

  • 1918 8 mélodies japonaises, voor zang-stem en orkest
  • 1925 Deux Chansons
  • 1933 Chants hébraïques, voor zangstem en piano
  • 1934 Six Songs, voor zangstem en orkest - tekst: Princesse Nadejda de Bragança
  • 1937 Concerto, voor alt en orkest
  • 1945 Prière hébraïque „Kol-Nidrei”, voor tenor, gemengd koor en orgel
  • 1946 Ma Tovu – How Fair are the Tents, voor tenor of bariton solo, gemengd koor en orgel
  • 1946 Ponctuation française, voor zangstem en kamerorkest - tekst: Charles Oulmont
  • 1950 Isaïe le prophète, symfonisch oratorium voor solisten, gemengd koor en orkest
  • 1960-1961 Psaumes (CXVIII - CXIX - CXX), voor tenor solo, gemengd koor en orkest - tekst: René Dumesnil
  • 1979 Huit Stèles de Victor Segalen, voor zangstem en kamerorkest

Kamermuziek

  • 1914-1915 Mélodie, voor viool en piano
  • 1917 Strijkkwartet Nr. 1
  • 1918-1919 Romans (Romance), voor viool en piano
  • 1922 Strijkkwartet Nr. 2
  • 1924 Sonata quasi una fantasia, voor viool en piano
  • 1925 Strijkkwartet Nr. 3
  • 1929 Suite-Divertissement, voor viool, altviool, cello en piano
  • 1931-1932 Septuor, voor fluit, hobo, klarinet, fagot, trompet, altviool en cello
  • 1935 Strijkkwartet Nr. 4
  • 1937 Sérénade nr 2, voor viool, altviool en cello
  • 1940 Strijkkwartet Nr. 5
  • 1944 Strijkkwartet Nr. 6
  • 1947 Strijkkwartet Nr. 7
  • 1949 Musique, voor blazersoktet
  • 1956 Strijkkwartet Nr. 8

Werken voor orgel

  • 1938 Introduction et fugue
  • 1945 Passacaglia et fugue
  • 1954-1955 Deux pièces hébraïques

Werken voor piano

  • 1915 Sonata fortepianowa nr 1 As-dur
  • 1916-1917 Valse et berceuse
  • 1917-1924 Vingt pièces faciles sur des mélodies populaires polonaises
  • 1918-1919 Impresję (Impressie), voor piano
  • 1918-1919 Preludium H-dur (Preludium H-groot), voor piano
  • 1922 Trois études transcendantes
  • 1929 Sonate nr 2
  • 1930 Sonatine transatlantique
  • 1930 Arabesques, zes stukken voor piano
  • 1934 Cinq impressions
  • 1937 Le Géant
  • 1941 Quatre danses polonaises
  • 1944 R’Hitia, Joodse dans voor piano
  • 1945 Esquisses javanaises

Werken voor gitaar

Filmmuziek

Voetnoten

Bibliografie

  • Stewart Gordon: Other European Composers of the Twentieth Century, in: A History of Keyboard Literature. Music for the Piano and its Forerunners, New York: Schirmer Books, 1996, 566 p., ISBN 978-0534251970
  • Joachim Braun, Vladimír Karbusický, Heidi Tamar Hoffmann: Verfemte Musik: Komponisten in den Dikaturen unseres Jahrhunderts - Dokumentation des Kolloquiums vom 9-12 Januar 1993 in Dresden, Frankfurt am Main: Peter Lang, 1995, 460 p., ISBN 36-3147-618-3
  • Wolfgang Suppan, Armin Suppan: Das Neue Lexikon des Blasmusikwesens, 4. Auflage, Freiburg-Tiengen, Blasmusikverlag Schulz GmbH, 1994, ISBN 3-923058-07-1
  • Wolfgang Suppan: Das neue Lexikon des Blasmusikwesens, 3. Auflage, Freiburg-Tiengen, Blasmusikverlag Schulz GmbH, 1988, ISBN 3-923058-04-7
  • Wolfgang Suppan: Lexikon des Blasmusikwesens, 2. ergänzte und erweiterte Auflage, Freiburg-Tiengen, Blasmusikverlag Fritz Schulz, 1976
  • Franco Rossi, Michele Girardi: Il teatro la Fenici: chronologia degli spettacoli 1938-1991, Venezia: Albrizzi Editore, 1992, 650 p., ISBN 88 317 5509 9
  • Maurice J. Summerfield: Its composers, in: The classical guitar: its evolution and players since 1860, Newcastle-upon-Tyne: Ashley Mark Publishing, 1992, 333 p., ISBN 978-1872639468
  • Suzanne Montu-Berthon: La musique a deux claviers - (clavecin, piano, clavicorde ... ), Paris: Gérard Billaudot, 1987, 141 p.
  • Adam Neuer: Polish opera & ballet of the twentieth century: operas, ballets, pantomimes, miscellaneous works, Krakow: PWM Edition, 1986, 132 p., ISBN 978-8322403006
  • Janusz Cegiełła: Dziecko szezęścia. Aleksander Tansman i jego czasy. (Das Glückskind. Alexandre Tansman und seine Zeit), Bd. 1: 1897-1937, Warszawa: Panstwowy Instytur Wydawniczy 1986. 520 S.
  • Darryl Lyman: Great jews in music, New York: Jonathan David Publishers, Inc., 1994, 332 p., ISBN 978-0824603151
  • Anna Granat: Sylwetka twórcza Aleksandra Tansmana. (Das Schaffen von Alexandre Tansman), Zeszyty Naukowe. Akademia Muzyczna im. Karola Lipiriskiego we Wroclawiu. 33 (1983), S. 61-85.
  • Barbara Smolenska-Zielinska: Aleksander Tansman ukouczyl 85 lat - (Alexandre Tansman: 85 Jahre), Wychowanie Muzyczne w Szkole. 27 (1983), Nr. 1, S. 8-12.
  • Alain Lacombe, Nicole Lacombe, Jean-Loup Tournier: Filmographies, in: Des compositeurs pour l'image (Cinema et Television), Neuilly sur Seine: Musique et promotion editeur, 1982., 602 p.
  • Irving Schwerke: Alexandre Tansman, Compositeur polonais, Parijs, 1931.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.