zwaan

Zwaan

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zwaan    (hulp, bestand)
  • IPA: /zʋan/
Woordafbreking
  • zwaan
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘eendachtige’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1139 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord zwaan zwanen
verkleinwoord zwaantje zwaantjes

Zelfstandig naamwoord

zwaan v/m

  1. (vogels) Cygnus sp. tot de eendvogels behorende watervogel met lange sierlijke hals
Hyponiemen
  • fluitzwaan, hoelzwaan, knobbelzwaan, toendrazwaan, trompetzwaan, zwarthalszwaan
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord zwaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.