zevenhonderdeen

Nederlands

0701
zevenhonderdeen,
op een abacus
Uitspraak
  • Geluid:  zevenhonderdeen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌzevə(n)ˌhɔndərtˈen/; soms met nadruk ter onderscheiding van 'negenhonderdeen': /ˌzøvənˌhɔndərtˈen/
Woordafbreking
  • ze·ven·hon·derd·een
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

zevenhonderdeen

  1. "701", het getal tussen zevenhonderd en zevenhonderdtwee, zevenhonderd plus een
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen zevenhonderdeen euro en zevendertig cent. 
    1. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer zevenhonderdeen van het grootste hotel. 
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

  • zevenhonderdeerste

hooftelwoorden samengesteld met "zevenhonderdeen" ht als linkerdeel

  • zevenhonderdeenduizend
Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord zevenhonderdeen zevenhonderdeens
verkleinwoord zevenhonderdeentje zevenhonderdeentjes

Zelfstandig naamwoord

zevenhonderdeen v / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 701 is aangeduid
    • Als jij zevenhonderdeen opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

zevenhonderdeen mv

  1. groep van 701 eenheden
    • Die zevenhonderdeen kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden. 

Gangbaarheid

  • Het woord zevenhonderdeen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.