welteren
Nederlands
Woordafbreking
- wel·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
- van het Middelnederlands welteren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
welteren |
welterde |
gewelterd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
welteren [1]
- Het paard weltert alsof het jeuk heeft.
- overgankelijk (landbouw) gemaaid hooi draaien of netjes in welters laden
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'welteren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Middelnederlands
Woordherkomst en -opbouw
- frequentatief gevormd uit een hypothetisch woord *welten - vergelijk Duits wälzen "walsen" - met het achtervoegsel -er
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.