weefsel

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • weef·sel
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘geweven stof’ voor het eerst aangetroffen in 1477 [1]
  • Naamwoord van handeling van weven met het achtervoegsel -sel
enkelvoud meervoud
naamwoord weefsel weefselen
weefsels
verkleinwoord weefseltje weefseltjes

Zelfstandig naamwoord

weefsel o

  1. een dunne geweven stof of textiel
  2. (biologie) een groep van gelijkaardige lichaamscellen die dezelfde functie in een levend organisme vervullen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen


Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord weefsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.