vierhonderdvijfenveertig
Nederlands
0 | 4 | 4 | 5 |
vierhonderdvijfenveertig,
op een abacus
op een abacus
Woordafbreking
- vier·hon·derd·vijf·en·veer·tig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van vierhonderd ht en vijfenveertig ht
Hoofdtelwoord
vierhonderdvijfenveertig
- "445", het getal tussen vierhonderdvierenveertig en vierhonderdzesenveertig, vierhonderd plus vijfenveertig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen vierhonderdvijfenveertig euro en zevendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer vierhonderdvijfenveertig van het grootste hotel.
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
- vierhonderdvijfenveertigste
hooftelwoorden samengesteld met "vierhonderdvijfenveertig" ht als linkerdeel
- vierhonderdvijfenveertigduizend
Vertalingen
1. het getal 445
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vierhonderdvijfenveertig | vierhonderdvijfenveertigs |
verkleinwoord | vierhonderdvijfenveertigje | vierhonderdvijfenveertigjes |
Zelfstandig naamwoord
vierhonderdvijfenveertig v / m
- dat wat in een (rang)ordening met 445 is aangeduid
- Als jij vierhonderdvijfenveertig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
vierhonderdvijfenveertig mv
- groep van 445 eenheden
- Die vierhonderdvijfenveertig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
Gangbaarheid
- Het woord 'vierhonderdvijfenveertig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.