vierhonderdeen
Nederlands
0 | 4 | 0 | 1 |
vierhonderdeen,
op een abacus
op een abacus
Woordafbreking
- vier·hon·derd·een
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van vierhonderd ht en een ht
Hoofdtelwoord
vierhonderdeen
- "401", het getal tussen vierhonderd en vierhonderdtwee, vierhonderd plus een
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen vierhonderdeen euro en zevendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer vierhonderdeen van het grootste hotel.
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
- vierhonderdeerste
hooftelwoorden samengesteld met "vierhonderdeen" ht als linkerdeel
- vierhonderdeenduizend
Vertalingen
1. het getal 401
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vierhonderdeen | vierhonderdeens |
verkleinwoord | vierhonderdeentje | vierhonderdeentjes |
Zelfstandig naamwoord
vierhonderdeen v / m
- dat wat in een (rang)ordening met 401 is aangeduid
- Als jij vierhonderdeen opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
vierhonderdeen mv
- groep van 401 eenheden
- Die vierhonderdeen kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
Gangbaarheid
- Het woord vierhonderdeen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.