tweehonderdachtenzestig
Nederlands
![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
0 | 2 | 6 | 8 |
tweehonderdachtenzestig,
op een abacus
op een abacus
Woordafbreking
- twee·hon·derd·acht·en·zes·tig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tweehonderd ht en achtenzestig ht
Hoofdtelwoord
tweehonderdachtenzestig
- "268", het getal tussen tweehonderdzevenenzestig en tweehonderdnegenenzestig, tweehonderd plus achtenzestig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen tweehonderdachtenzestig euro en zevendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer tweehonderdachtenzestig van het grootste hotel.
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
- tweehonderdachtenzestigste
hooftelwoorden samengesteld met "tweehonderdachtenzestig" ht als linkerdeel
- tweehonderdachtenzestigduizend
Vertalingen
1. het getal 268
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tweehonderdachtenzestig | tweehonderdachtenzestigs |
verkleinwoord | tweehonderdachtenzestigje | tweehonderdachtenzestigjes |
Zelfstandig naamwoord
tweehonderdachtenzestig v / m
- dat wat in een (rang)ordening met 268 is aangeduid
- Als jij tweehonderdachtenzestig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
tweehonderdachtenzestig mv
- groep van 268 eenheden
- Die tweehonderdachtenzestig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
Gangbaarheid
- Het woord 'tweehonderdachtenzestig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.