pallium
Nederlands
Woordafbreking
- pal·li·um
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pallium | pallia palliums |
verkleinwoord | palliumpje | palliumpjes |
Zelfstandig naamwoord
pallium o
- een onderdeel van liturgische kleding uit de rooms-katholieke liturgie. Het bestaat uit een om de hals van het kazuifel gedragen witte lamswollen cirkelvormige band met aan voor- en achterkant afhangende banden, voorzien van in totaal 6 zwarte kruizen
- het hersenschors met de daaronder liggende vezellaag
- Romeinse mantel
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord pallium staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'pallium' herkend door:
57 % | van de Nederlanders; |
50 % | van de Vlamingen. |
Engels
Zelfstandig naamwoord
pallium
- pallium
Frans
Zelfstandig naamwoord
pallium
- pallium
Zweeds
Zelfstandig naamwoord
pallium
- pallium
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.