omgeven

Nederlands

Uitspraak

(klemtoonhomogram)

Woordafbreking
  • om·ge·ven
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
omgeven
omgaf
omgeven
klasse 5 volledig

Werkwoord

omgéven

  1. overgankelijk zich eromheen bevinden, zich bevinden rondom
    • Het huis is geheel omgeven door prachtige bossen. 
  1. voorzien van iets dat omgeeft (met, door)
Synoniemen
Afgeleide begrippen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
omgeven
gaf om
omgegeven
klasse 5 volledig

Werkwoord

ómgeven

  1. overgankelijk ronddelen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
omgeven

omgeven

  1. voltooid deelwoord van omgeven

Gangbaarheid

  • Het woord omgeven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.