munten
Nederlands
Woordherkomst en -opbouw
Woordafbreking
- mun·ten
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
munten |
muntte |
gemunt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
munten overgankelijk
- (financieel) een stuk metaal omvormen tot een munt
- In Dorestad werden lange tijd sceatta's gemunt, die in het belendende Frankische Rijk in ruime omloop waren.
- iets of iemand als mikpunt hebben
- Zij hebben het altijd weer op hem gemunt.
- (taalkunde) een nieuw woord introduceren
- Tot slot is het interessant te bezien door wie woorden worden gemunt. [3]
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord munten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'munten' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "munten" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- munten op website: Etymologiebank.nl
- Chronologisch woordenboek (2001), Nicoline van der Sijs
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.