model

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mo·del
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘voorbeeld’ voor het eerst aangetroffen in 1573 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord model modellen
verkleinwoord modelletje modelletjes

Zelfstandig naamwoord

model o

  1. voorbeeld, afbeelding of beeld in drie dimensies. (maquette)
    • Dit is een model van hoe het gaat worden. 
  1. (beroep) persoon die mode presenteert of zich laat afbeelden (mannequin)
    • Zij is een beroemd model dat in vele modebladen te bewonderen is. 
  1. (statistiek) : wiskundige uitdrukking die met behulp van aan te passen grootheden de waargenomen gegevens tracht te verklaren
    • Dit model heeft te weinig parameters en de fit vertoont daarom systematische afwijkingen. 
  1. (wiskunde) (systeemkunde) systeem dat de werkelijkheid zo goed mogelijk representeert
  2. een standaard, toonbeeld of voorbeeld van hoe iets zou moeten zijn
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord model staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

Indonesisch

Woordafbreking
  • mo·del
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

model

  1. model
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.