mannequin

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • man·ne·quin
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘paspop, ledenpop’ voor het eerst aangetroffen in 1807 [1]
  • Een uit het Frans teruggeleend woord, oorspronkelijk "manneke(n)".
enkelvoud meervoud
naamwoord mannequin mannequins
verkleinwoord mannequintje mannequintjes

Zelfstandig naamwoord

mannequin m

  1. (beroep) iemand die nieuwe kledingontwerpen dragend deze aan een publiek vertoont
    • Om mannequin te zijn, heb je een welgevormd lijf nodig. 
  1. etalagepop
Afgeleide begrippen
  • mannequinachtig
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord mannequin staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Engels

enkelvoud meervoud
mannequin mannequins

Zelfstandig naamwoord

mannequin

  1. etalagepop
  2. mannequin
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.