lue

[B] En lue.
Een muts.

Noors
Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ˈlʉːə/
Woordafbreking
  • lue
Woordherkomst en -opbouw
  • Werkwoord: Afkomstig van het Oudnoorse woord loga
  • Zelfstandig naamwoord [A]: Afkomstig van het Oudnoorse woord logi#Oudnoors.
  • Zelfstandig naamwoord [B]: Afkomstig van het Oudnoorse woord lúfa.
Naar frequentie 12119
vervoeging
onbepaalde wijs lue
tegenwoordige tijd luer
verleden tijd luet
lua
voltooid
deelwoord		 luet
lua
onvoltooid
deelwoord		 luende
lijdende vorm lues
gebiedende wijs lu
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
opmerking

Werkwoord

lue

  1. onovergankelijk laaien, vlammen
  2. onovergankelijk lichten, schijnen
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • [1]: lue opp


m enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   lue     luen     luer     luene  
genitief   lues     luens     luers     luenes  

Zelfstandig naamwoord

[A] lue m

  1. vlam
Schrijfwijzen
Synoniemen
  • flamme
Uitdrukkingen en gezegden
  • stå i lys lue
in lichterlaaie staan, met uitslaande felle vlam branden
m/v enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   lue     m: luen
m: lua  		   luer     luene  
genitief   lues     m: luens
v: luas  		   luers     luenes  

Zelfstandig naamwoord

[B] lue m / v

  1. (kleding) pet, muts
  1. «Politiet beskriver gjerningsmannen som 165 cm høy, hvit i huden og iført sort lue og mørk jakke.»
    De politie beschrijft de dader als 165 cm lang en met een lichte huidskleur; hij droeg een zwarte muts en een donkere jas.
Synoniemen
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
  • strikkelue
  • uniformslue
Verwante begrippen
  • hatt
  • strikkeluve
  • uniformsluve


Nynorsk
Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ˈlʉːə/
Woordafbreking
  • lue
Woordherkomst en -opbouw
  • Werkwoord: Afkomstig van het Middelnoorse woord "lúða" (= luiden)
  • Zelfstandig naamwoord: Afkomstig van het Oudnoorse woord lúfa.
vervoeging
onbepaalde wijs lue
lua
tegenwoordige tijd luar
verleden tijd lua
voltooid
deelwoord		 lua
onvoltooid
deelwoord		 luande
lijdende vorm luast
gebiedende wijs lu
lua
lue
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
opmerking

Werkwoord

lue

  1. onovergankelijk luiden, verluiden
Afgeleide begrippen
  • [1]: lue opp
Synoniemen
  • ljoda
  • ljode
  • lyda
  • lyde

Werkwoord

lue

  1. gebiedende wijs van lua
Schrijfwijzen

Werkwoord

lue

  1. gebiedende wijs van lue
Schrijfwijzen
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   lue     lua     luer     luene  

Zelfstandig naamwoord

lue v

  1. (kleding) muts, pet
Schrijfwijzen
  • luve
Synoniemen
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
  • strikkelue
  • uniformslue
Verwante begrippen
  • hatt
  • strikkehue
  • strikkehuve
  • strikkeluve
  • uniformshue
  • uniformshuve
  • uniformsluve
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.