leeuw

Een leeuw.

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  leeuw    (hulp, bestand)
  • IPA: /lew/
Woordafbreking
  • leeuw
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘katachtige’ voor het eerst aangetroffen in 901 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord leeuw leeuwen
verkleinwoord leeuwtje leeuwtjes

Zelfstandig naamwoord

leeuw m

  1. (katachtigen) Panthera leo een groot katachtig roofdier met lange manen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • Zich in het hol van de leeuw wagen
ergens heen gaan waar je moeilijkheden kunt verwachten
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord leeuw staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.