kwikstaart
Nederlands
Woordafbreking
- kwik·staart
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘zangvogel’ voor het eerst aangetroffen in 1518 [1]
- samenstelling van kwik en staart (kwik=snel) [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kwikstaart | kwikstaarten |
verkleinwoord | kwikstaartje | kwikstaartjes |
Zelfstandig naamwoord
kwikstaart m
- (dierkunde), (vogels) een bonte zangvogel met lange beweeglijke staart van de familie Motacillidae
Hyponiemen
- boomkwikstaart, rouwkwikstaart
Vertalingen
1. een bonte zangvogel met lange beweeglijke staart van de familie Motacillidae
Gangbaarheid
- Het woord kwikstaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'kwikstaart' herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.