kliederboel
Nederlands
Woordafbreking
- klie·der·boel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kliederen ww en boel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kliederboel | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
kliederboel m
- iets wat heel smerig is gemaakt; iets wat ontstaan is door kliederen
- „Ik vind dat iedereen op een normale manier zijn werk moet doen. Een satiricus maakt satire, een jongenshoertje bevredigt mannen en een politicus probeert het land te besturen en als dat door elkaar heen gaat lopen dan krijgen we een kliederboel.”[1]
- Dat North West in een schatrijk gezin opgroeit, wil niet zeggen dat ze er nooit een kliederboel van maakt. Kim Kardashian heeft schattige foto's van haar dochtertje, die geniet van een gebakje, op Twitter gezet.[2]
Gangbaarheid
- Het woord kliederboel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'kliederboel' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
84 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- de Telegraaf 09 mei 2016 Hans Teeuwen sart Erdogan
- de Telegraaf 20 jul. 2015 North West kliedert met gebakje
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.