kinderoppas
Nederlands
Woordafbreking
- kin·der·op·pas
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kind en oppas met het invoegsel -er-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kinderoppas | kinderoppassen |
verkleinwoord | kinderoppasje | kinderoppasjes |
Zelfstandig naamwoord
kinderoppas m
- een persoon die op andermans kinderen past
Synoniemen
- babysitter, babysitster
Gangbaarheid
- Het woord kinderoppas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'kinderoppas' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.