ketteren
Nederlands
Woordafbreking
- ket·te·ren
Werkwoord
ketteren [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
ketteren |
ketterde |
geketterd |
zwak -d | volledig |
- het aanhangen, verkondigen of voorstaan van een afwijkende mening of godsdienst
- op een luidruchtige manier uiting geven aan een afwijkende mening
Synoniemen
- [1] verketteren
- [2] kafferen, briesen,, uitvaren, krijsen, fulmineren, vloeken, schelden, tieren
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord ketteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'ketteren' herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
87 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.