schelden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  schelden    (hulp, bestand)
  • IPA: /sxɛldə(n)/
Woordafbreking
  • schel·den
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘tieren’ voor het eerst aangetroffen in 901 [1] [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
schelden
schold
gescholden
klasse 3 volledig

Werkwoord

schelden

  1. inergatief krenkende of beledigende woorden uitspreken op heftige of ruwe toon
    • Hij heeft vreselijk gescholden tegen die mevrouw. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
schellen

schelden

  1. meervoud verleden tijd van schellen
    • Wij schelden. 
    • Jullie schelden. 
    • Zij schelden. 

Gangbaarheid

  • Het woord schelden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.