honderdeenendertig
Nederlands
![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
0 | 1 | 3 | 1 |
honderdeenendertig,
op een abacus
op een abacus
Woordafbreking
- hon·derd·een·en·der·tig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van honderd ht en eenendertig ht
Hoofdtelwoord
honderdeenendertig
- "131", het getal tussen honderddertig en honderdtweeëndertig, honderd plus eenendertig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen honderdeenendertig euro en zevendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer honderdeenendertig van het grootste hotel.
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
- honderdeenendertigste
hooftelwoorden samengesteld met "honderdeenendertig" ht als linkerdeel
- honderdeenendertigduizend
Vertalingen
1. het getal 131
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | honderdeenendertig | honderdeenendertigs |
verkleinwoord | honderdeenendertigje | honderdeenendertigjes |
Zelfstandig naamwoord
honderdeenendertig v / m
- dat wat in een (rang)ordening met 131 is aangeduid
- Als jij honderdeenendertig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
honderdeenendertig mv
- groep van 131 eenheden
- Die honderdeenendertig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
Gangbaarheid
- Het woord 'honderdeenendertig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.