heuvel
Nederlands
Woordafbreking
- heu·vel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | heuvel | heuvels, heuvelen |
verkleinwoord | heuveltje | heuveltjes |
Zelfstandig naamwoord
heuvel m
- een kleine verhoging in het landschap
- Rome is oorspronkelijk gebouwd op zeven heuvels: Palatijn, Aventijn, Capitool, Quirinaal, Viminaal, Esquilijn en Coelius.
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
- heuvelachtig, heuvelig, heuvelkling, heuvelland, heuvellandschap, heuvelrand, heuvelrug
Vertalingen
1. een kleine verhoging in het landschap
|
Gangbaarheid
- Het woord heuvel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'heuvel' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.