heuvelig

Nederlands

heuvelig landschap
Uitspraak
Woordafbreking
  • heu·ve·lig
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen heuveligheuveligerheuveligst
verbogen heuveligeheuveligereheuveligste
partitief heuveligsheuveligers-

Bijvoeglijk naamwoord

heuvelig [1]

  1. met veel heuvels
    • En dan is daar ineens Urk. heuvelig, hobbelig hier en daar. Kleine huisjes die dicht op elkaar staan. Als zoeken ze onderling steun. Smalle straatjes die tussen de huizen door kronkelen. Naar beneden, weer naar boven en dan maar hopen dat er na die laatste bocht geen tegenligger is. [2] 
    • Twaalf foto’s, groot en klein, opgehangen in zelfgetimmerde houten frames. Scherpe, karaktervolle portretten, bewogen landschappen, abstracte inkteffecten en een heuvelig bos met een merkwaardig huis van dode takken. Een uitvergrote pasfoto waarvan het beeld met opzet verstoord is door lijneffecten. [3] 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord heuvelig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.