gehandicapt
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gehandicapt (hulp, bestand)
- IPA: / ɣəˈhɛndiˌkɛpt /
- (Nederland): /xəˈɦɛndiˌkɛpt/
- (Vlaanderen): /ɣəˈɦɑndiˌkɑpt/
Woordafbreking
- ge·han·di·capt
Woordherkomst en -opbouw
- leenvertaling van Engels handicapped, pseudodeelwoord afgeleid van handicap zn met het omvoegsel ge- -t, op te vatten als vervoeging van handicappen: de stam met omvoegsel ge- -t
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | gehandicapt | gehandicapter | gehandicaptst |
verbogen | gehandicapte | gehandicaptere | gehandicaptste |
partitief | gehandicapts | gehandicapters | - |
Bijvoeglijk naamwoord
gehandicapt
- met een lichamelijke afwijking
- De gehandicapte jongen kon met een rolstoel toch nog naar school toe gaan.
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord gehandicapt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gehandicapt' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.