fits
Nederlands
Woordafbreking
- fits
Woordherkomst en -opbouw
- [zelfstandig naamwoord 1] van Frans fiche "pen" [1][2]
- [zelfstandig naamwoord 2] van Middelnederlands visse dat weer teruggaat op Latijn vissio "wezel" [3][4]
- [bijvoeglijk naamwoord stellend] mogelijk onder invloed van bits afgeleid van vitten of van Frans vite met het achtervoegsel -s [5][6]
- [bijvoeglijk naamwoord partitief] fit met de uitgang -s
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fits | fitsen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
fits v/m
- pen van een scharnier
- tweedelig scharnier, waarvan het ene deel een vast bevestigde pen is waar het andere deel om kan draaien
- (zoogdieren) marterachtig roofdier Mustela putorius
dat ook in België en Nederland voorkomt
Synoniemen
- [2] bunzing (meer gangbare naam)
Hyponiemen
- [1.1] paumelle
Afgeleide begrippen
- [1.1] fitsbeitel, fitsgat
stellend | |
---|---|
onverbogen | fits |
verbogen | fitse |
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als stellende vorm van bijvoeglijk naamwoord.
Bijvoeglijk naamwoord
fits
- (verouderd) fel, venijnig, snel, herhaaldelijk
- Hier heeft my soet ghedult ontbroken,
Daer heb ick al te fits ghesproken; [7]
- Hier heeft my soet ghedult ontbroken,
Gangbaarheid
- Het woord fits staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'fits' herkend door:
23 % | van de Nederlanders; |
17 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- fits op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- fits op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Cats, J. "Voor-reden op het vierde ende leste deel. Aende jonghe lieden." in: Houwelick. (1625) Jan Pieterss vande Venne, Middelburg; p. 4**iiir; geraadpleegd 2017-07-24
Fries
Bijwoord
fits
- op vinnige wijze
Dat mens kan je zo fel afsnauwen#:*Dat wiif kin yen sa fits ôfsnauwe.
Verwijzingen
- Friesch woordenboek (Lexicon Frisicum) Waling Dijkstra, Johan Winkler, F. Buitenrust Hettema 1907
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.