excentriek
Nederlands
Woordafbreking
- ex·cen·triek
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘buitenissig’ voor het eerst aangetroffen in 1830 [1]
- uit het centrum [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | excentriek | excentrieken |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
excentriek o
- (techniek) schijf die zich om een punt buiten haar middelpunt beweegt
Vertalingen
1. schijf die...
|
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | excentriek | excentrieker | excentriekst |
verbogen | excentrieke | excentriekere | excentriekste |
partitief | excentrieks | excentriekers | - |
Verwante begrippen
- excentriciteit, ongewoon, vreemd, abnormaal, onbehoorlijk, raar, merkwaardig, afwijkend, apart, bijzonder, bizar, buitenissig, eigenaardig, vreemd, vreemdsoortig, zonderling
Gangbaarheid
- Het woord excentriek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'excentriek' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.