duha

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /dʊɦa/
Woordafbreking
  • du·ha
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Protoslavische *dǫga

Zelfstandig naamwoord

duha v

  1. (meteorologie) regenboog
  1. «Rozkladem slunečních paprsků se vytvořila velká duha
    Door de breking van zonnestralen werd een grote regenboog gevormd.
  2. (spreektaal) vruchtvlees
Verbuiging
Synoniemen
  1. -
  2. dužina v
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
  • duhově (bw.)
  • duhovka v
Typische woordcombinaties
  • barvy duhy v mv - regenboogkleuren
Uitdrukkingen en gezegden
  • pít jako duha

Meer informatie

Verwijzingen

    This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.