dilettant

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • di·let·tant
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Duits of Frans, in de betekenis van ‘amateur’ voor het eerst aangetroffen in 1824 [1]
  • afgeleid van het Franse dilettante [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord dilettant dilettanten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dilettant m

  1. iemand die een kunst of wetenschap uit liefhebberij beoefent
    • hij had als dilettant al zoveel disciplines beoefend dat het Wikiwoordenboek er ook nog wel bij kon 
  1. (pejoratief) slechte amateur, prutser, beunhaas, knutselaar
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord dilettant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
66 %van de Nederlanders;
65 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.