dame

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dame    (hulp, bestand)
  • IPA: /daːmə/
Woordafbreking
  • da·me
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘vrouw’ voor het eerst aangetroffen in 1401 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord dame dames
verkleinwoord dametje dametjes

Zelfstandig naamwoord

dame v

  1. een beschaafde vrouw
    • Het wilde jonge meisje was in de loop van de jaren een hele dame geworden. 
  1. formele term voor vrouw
    • Er is een aparte toilet voor dames en heren. 
    • Geachte dames en heren! ik heet u van harte welkom. 
  1. (schaak) de koningin in het schaakspel
    • Na de koning is de dame het belangrijkste schaakstuk. 
Hyponiemen
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord dame staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

Frans

Uitspraak

Tussenwerpsel

dame

  1. (spreektaal) logisch! [1]

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.