boosdoen
Nederlands
Woordafbreking
- boos·doen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van boos en doen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
boosdoen |
deed boos |
boosgedaan |
onregelmatig | volledig |
Werkwoord
boosdoen
- Neen! dat op dezen grond die gruwel nooit gebeur',
Dat Neêrland nooit in 't juk van 't ſtrafloos boosdoen treur'. [1]
- Neen! dat op dezen grond die gruwel nooit gebeur',
Gangbaarheid
- Het woord 'boosdoen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.