binnenantenne
![](../I/m/Indoor_Antenna_(Rabbit_Ears)_DSCN2540a.jpg)
Een analoge tv met een binnenanntenne
Nederlands
Woordafbreking
- bin·nen·an·ten·ne
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van binnen en antenne
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | binnenantenne | binnenantennes |
verkleinwoord | binnenantennetje | binnenantennetjes |
Zelfstandig naamwoord
binnenantenne v/m
- (elektronica), (techniek) een antenne die binnenshuis kan worden gebruikt, of waarmee men zich moet behelpen
- Zo dicht bij de zender kunnen we wel volstaan met een binnenantenne.
Verwante begrippen
- langegolfzender, middelgolfzender, kortegolfontvangst, fm-radio
Gangbaarheid
- Het woord 'binnenantenne' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.