belegging

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·leg·ging
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van beleggen met het achtervoegsel -ing.
enkelvoud meervoud
naamwoord belegging beleggingen
verkleinwoord belegginkje belegginkjes

Zelfstandig naamwoord

belegging v

  1. (economie) geld besteed aan iets waarvan men verwacht dat het later meer waarde zal hebben
    • Hij had zijn geld voorzichtig belegd en was daardoor langzamerhand toch heel rijk geworden. 
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord belegging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.