investering

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·ves·te·ring
Woordherkomst en -opbouw

Naamwoord van handeling van investeren met het achtervoegsel -ing

enkelvoud meervoud
naamwoord investering investeringen
verkleinwoord investerinkje investerinkjes

Zelfstandig naamwoord

investering v

  1. een opoffering in tijd, geld of mankracht ten behoeve van een doel dat pas op lange termijn wordt behaald
    • Het is onzeker of die investering zich zal terugbetalen. 
Synoniemen
Hyponiemen
  • diepte-investering, overinvestering, vervangingsinvestering
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord investering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.