aanmeren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanmeren    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈanˌmerə(n)/
Woordafbreking
  • aan·me·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aanmeren
meerde aan
aangemeerd
zwak -d volledig

Werkwoord

aanmeren

  1. (een schip) aanleggen
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord aanmeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.