Wilfried Van Moer

Wilfried Van Moer (Beveren, 1 maart 1945) is een Belgische gewezen voetballer en voetbalcoach. Hij speelde als middenvelder en is een van de succesvolste spelers uit de geschiedenis van het Belgisch voetbal.

Wilfried Van Moer
Wilfried Van Moer bij de nationale ploeg (1980).
Persoonlijke informatie
Volledige naamWilfried Van Moer
BijnaamDe Kleine Generaal
Geboortedatum1 maart 1945
GeboorteplaatsBeveren, België
Lengte168 cm
PositieMiddenvelder
Clubinformatie
Huidige clubGestopt
Jeugd
SK Beveren
Senioren
Seizoen Club W 0(G)
1961–1965
1965–1968
1968–1976
1976–1980
1980–1982
1982–1984
SK Beveren
Antwerp FC
Standard Luik
Beringen FC
SK Beveren
Sint-Truiden VV
121 (56)
77 (14)
170 (24)
110 (17)
49 0(6)
26 0(0)
Interlands
1966–1982  België 057 0(9)
Getrainde clubs
1982–1984
1985–1987
1987–1988
1988–1989
1995–1996
1996
Sint-Truiden VV
FC Assent
SK Beveren
KTH Diest
België (assistent)
België
Portaal    Voetbal

Van Moer won drie keer de Gouden Schoen en werd in 1980 vierde in het referendum van Europees voetballer van het jaar.[1] Als speler stond hij bekend om zijn spelinzicht, loopvermogen en inzet. Bovendien kon hij zowel in de verdediging als op het middenveld spelen.

In 2005 eindigde hij op nr. 643 in de Vlaamse versie van De Grootste Belg.

Clubcarrière

Beginjaren

Wilfried Van Moer werd geboren in Beveren, waar hij zich op jonge leeftijd ook aansloot bij voetbalclub Sportkring Beveren-Waes, beter bekend als SK Beveren. Ondanks zijn kleine gestalte doorliep Van Moer vlot de jeugdreeksen. In 1961 mocht hij dan ook voor het eerst aantreden in het eerste elftal van Beveren. Van Moer was toen 16 jaar.

Beveren

Het was trainer Fons De Winter die hem in 1961 in het eerste elftal liet debuteren. Van Moer maakte deel uit van een sterke generatie bestaande uit onder meer Jean Janssens, Roger Rogiers, Freddy Buyl en Omer Janssens. Al deze spelers debuteerden in de jaren 60 bij Beveren. Dat resulteerde in een indrukwekkende opmars. Beveren, dat toen in Vierde Klasse speelde, promoveerde in 1963 naar Derde Klasse. Na twee seizoenen in Derde hield Van Moer het voor bekeken en volgde er een transfer naar Antwerpen.

Antwerp

Eerste Gouden Schoen

Van Moer belandde in 1965 bij het Antwerp FC van de Britse trainer Harry Game. Hij schoof Van Moer een rij achteruit. De kleine vleugelaanvaller die over een goed positiespel beschikte, werd omgeschoold tot een middenvelder. De omschakeling leverde Van Moer in zijn tweede seizoen in Eerste Klasse meteen de Gouden Schoen op. In die periode wilde Constant Vanden Stock, toen aan de slag bij Club Brugge, hem naar blauw-zwart halen. Maar het bestuur van de club volgde Vanden Stock niet, waarna die opstapte en bij RSC Anderlecht voorzitter werd. Ook een aanbieding van FC Köln leverde niets op.

Afscheid in mineur

Hoewel Van Moer zich sportief ontwikkelde, zakte de club steeds verder weg. In 1968 degradeerde de club naar Tweede Klasse, maar Van Moer was toen al zeker van een transfer. Dat werd hem op de Bosuil kwalijk genomen, waardoor zijn afscheid er één in mineur werd.[2]

Standard

Eerste landstitel

Roger Petit had de Kleine Generaal voor 6,5 miljoen BEF (zo'n €150.000) naar Standard Luik gehaald. Van Moer werd op Sclessin een ploegmaat van onder meer Christian Piot, Nico Dewalque en Jean Thissen. In geen tijd ontpopte Van Moer zich op het middenveld tot de natuurlijke leider van de Rouches. Hij liet zich opmerken door veel inzet, stevige tackles en zijn winnaarsmentaliteit. Van Moer loodste Standard eind jaren 60 naar drie landstitels op rij. De Rouches staken in die periode Anderlecht naar de kroon.

Drie Gouden Schoenen

Maar niet alleen in clubverband bestond er rivaliteit, ook op het gebied van individuele prijzen was er rivaliteit tussen Standard en Anderlecht. Van Moer kreeg voor zijn leiderschapskwaliteiten in 1969 en 1970 voor de tweede en derde keer de Gouden Schoen. Van Moer evenaarde daarmee het record van Anderlecht-aanvoerder Paul Van Himst, die weliswaar enkele jaren later opnieuw de absolute recordhouder werd met vier Gouden Schoenen.

Blessureleed

Maar na de gouden periode aan het begin van de jaren 70 volgde er een sportief dieptepunt voor Van Moer. De middenvelder werd door tegenstanders zwaar aangepakt en liep verschillende blessures op. Op het EK in 1972 brak hij zelfs zijn been na een tackle van de Italiaan Mario Bertini. Van Moer herstelde van de breenbreuk, maar sukkelde ook nadien van de ene blessure in de andere. Bovendien haalde Standard in 1973 de IJslandse middenvelder Ásgeir Sigurvinsson naar Luik. Hij werd de vervanger van Van Moer, die bij Standard steeds minder vaak aan spelen toekwam.

Beringen

Stap terug

Daarom besloot Van Moer om in 1976 een stap terug te zetten. De 31-jarige middenvelder verliet Standard en sloot zich aan bij het bescheiden Beringen FC, waar hij een ploegmaat werd van onder meer Paolo Lallo, Raymond Jaspers en Walter De Greef. Elk jaar streed Van Moer met de Limburgse club tegen de degradatie. Het was een nobele, maar minder erkende prestatie dan strijden om de titel. Van Moer verdween in die periode dan ook samen met generatiegenoten als Christian Piot, Maurice Martens en Jan Verheyen uit de nationale ploeg. De middenvelder combineerde de wedstrijden bij Beringen bovendien met het uitbaten van een café in Hasselt. Het hoogtepunt van de inmiddels al 34-jarige voetballer leek definitief voorbij.

Comeback

Ondanks het degradatievoetbal bij Beringen bleef Van Moer toen volgens veel kenners een van de beste middenvelders uit België. Ook bondscoach Guy Thys deelde die mening. Hij had een volledig nieuw nationaal elftal op poten gezet, maar miste nog een creatieve leider op het middenveld. Thys haalde Van Moer opnieuw bij de nationale ploeg en lag zo mee aan de basis van de comeback van Van Moer. De middenvelder was in zijn eerste interland sinds zijn terugkeer meteen goed voor een assist en een doelpunt. Bovendien merkten ook andere clubs opnieuw de kwaliteiten op van Van Moer, die in 1980 zelfs vierde werd in het referendum van Europees voetballer van het jaar. Enkel Paul Van Himst deed hem dat als Belg ooit voor.

Beveren

Terugkeer naar de Heimat

In 1980 keerde Van Moer terug naar de club waar het voor hem allemaal begonnen was. Beveren dat destijds nog in Derde Klasse speelde, vertoefde inmiddels al in Eerste. De club had in 1978 en 1979 respectievelijk de Beker van België en de landstitel gewonnen. Van Moer keerde als ervaren rot terug naar zijn Beveren, waar hij op het middenveld de baas werd. Van Moer was van degradatievoetbal met Beringen overgestapt naar Europees voetbal met Beveren. De Waaslandse club beschikte in die dagen over een sterk team bestaande uit onder meer Heinz Schönberger, Ronny Martens, Jean-Marie Pfaff, Erwin Albert en Paul Theunis. Een nieuwe prijs bleef echter uit en aan de comeback van Van Moer leek een eind te komen.

STVV

Na twee seizoenen bij Beveren hield de 37-jarige Van Moer het voor bekeken. Hij ruilde de club in voor tweedeklasser Sint-Truiden VV, waar hij voor het eerst het trainerschap op zich nam. Van Moer fungeerde bij STVV als speler-trainer en hing zijn voetbalschoenen in 1984 voorgoed aan de haak.

Statistieken

Seizoen Club Land Competitie Competitie Interlands
Wed. Dlp. Wed. Dlp.
1960/61 SK Beveren Vierde Klasse 4 2 0 0
1961/62 28 13 0 0
1962/63 30 23 0 0
1963/64 Derde Klasse 30 9 0 0
1964/65 29 9 0 0
1965/66 Antwerp FC Eerste Klasse 26 8 0 0
1966/67 26 3 4 0
1967/68 25 2 3 0
1968/69 Standard Luik 25 1 5 0
1969/70 26 6 6 2
1970/71 28 6 5 2
1971/72 21 1 4 1
1972/73 18 2 2 0
1973/74 13 2 4 1
1974/75 20 4 3 1
1975/76 19 3 0 0
1976/77 Beringen FC 30 5 0 0
1977/78 28 5 0 0
1978/79 23 5 0 0
1979/80 29 2 9 1
1980/81 SK Beveren 21 2 4 0
1981/82 28 4 8 1
1982/83 Sint-Truiden VV Tweede Klasse 18 0 0 0
1983/84 8 0 0 0
Carrière totaal 553 117 57 9

Interlandcarrière

WK 1970

Wilfried Van Moer werd in 1966 voor de eerste keer geselecteerd voor de nationale ploeg van België. Het waren toenmalig selectieheer Constant Vanden Stock en trainer Raymond Goethals die hem lieten debuteren. Van Moer werd meteen een belangrijke pion bij de nationale ploeg, waar hij veel lof oogstte. In 1970 bereikte hij met België het WK in Mexico. De Belgen vlogen er toen echter al in de eerste ronde uit.

Op het EK 1972 kenden de Belgen meer succes, maar was Van Moer er niet bij. In de kwartfinale brak hij zijn been tijdens de wedstrijd tegen Italië.

EK 1980 en WK 1982

De volgende grote toernooien haalde België niet, waarna zowel de bondscoach als enkele belangrijke spelers aan de kant werden geschoven. Ook Van Moer viel toen naast de nationale ploeg. In 1979 haalde bondscoach Guy Thys hem echter als creatieve middenvelder terug. Zijn comeback had hij te danken aan het uitvallen van de geblesseerde Ludo Coeck. In zijn eerste interland na zijn terugkeer, een kwalificatiewedstrijd voor het EK 1980, was Portugal de tegenstander. België won met 2-0, dankzij een goal en een assist van Van Moer.

Door onder meer de terugkeer van Van Moer mocht België naar het EK. De middenvelder van Beringen werd een van de uitblinkers en loodste het team samen met een sterke Jan Ceulemans naar de finale van het toernooi. Daarin verloor België met 1-2 van West-Duitsland.

Twee jaar later bereikten de Rode Duivels ook het WK in Spanje. Thys selecteerde de 37-jarige Van Moer, die tijdens de wedstrijd tegen Polen zelfs als aanvoerder begon. Aan de rust werd hij vervangen door François Van der Elst. Het was de laatste interland van Van Moer.

Trainerscarrière

In de lagere klassen

Na meer dan 20 jaar als voetballer ging Wilfried Van Moer aan de slag als trainer. Eerst combineerde hij het trainerschap nog met een rol als speler, nadien concentreerde hij zich volledig op zijn taken als coach. Sint-Truiden VV kreeg hij niet naar Eerste Klasse, maar met derdeklasser FC Assent werd hij in 1986 wel kampioen. Een jaar later bereikte hij met de club zelfs de eindronde in Tweede Klasse.

In geen tijd lokte zijn prestaties in de lagere klassen ook de interesse op van enkele eersteklassers. Zijn ex-club Beveren haalde hem tijdens het seizoen 1987/88 terug naar het hoogste niveau. Van Moer begon het seizoen bij Assent, maar trok in de loop van het seizoen naar Beveren als vervanger van Ladislav Novák. Van Moer kon de club uit de degradatiezone houden, maar mocht dan opnieuw vertrekken.

In 1988 belandde hij bij tweedeklasser KTH Diest. Hij maakte het seizoen met Diest af, maar liet het trainerschap nadien voor wat het was.

Bondscoach

Van Moer verrichtte na zijn jaren als trainer scoutingswerk in dienst van de Koninklijke Belgische Voetbalbond (KBVB). Dat combineerde hij in die periode met het uitbaten van zijn café. Na het WK 1994 waren de prestaties van de nationale ploeg ondermaats. De KBVB besloot daarom om Van Moer aan te stellen als assistent van toenmalig bondscoach Paul Van Himst. Hij werd de opvolger van Michel Sablon. Maar toen België vervolgens het EK 1996 miste, werd Van Himst aan de deur gezet. Van Moer werd door de voetbalbond benoemd als zijn opvolger. Toenmalig beloftencoach Ariël Jacobs werd zijn assistent.

Maar slechts enkele maanden en een handvol wedstrijden later werd Van Moer al bedankt voor bewezen diensten. Van Moer lag niet goed bij de pers en de voetbalbond hekelde zijn gebrek aan communicatieve vaardigheden. Van Moer werd opgevolgd door Georges Leekens en zei het voetbal voorgoed vaarwel.

Palmares

Competitie Aantal Jaren
Nationaal
Belgisch kampioen3x1969, 1970, 1971
Individueel
Gouden Schoen3x1966, 1969, 1970

Referenties

Voorganger:
Paul Van Himst
Gouden Schoen
1966
Opvolger:
Fernand Boone
Voorganger:
Odilon Polleunis
Gouden Schoen
1969, 1970
Opvolger:
Erwin Vandendaele
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.