Associatie van geoorde wilg
De associatie van geoorde wilg (Salicetum auritae) is een associatie uit de klasse van de wilgenbroekstruwelen, een plantengemeenschap die voorkomt rond al dan niet actieve hoogvenen en in relatief voedselarme laagvenen, en gekenmerkt wordt door breedbladige wilgen en sporkehout.
Associatie van geoorde wilg | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Associatie van geoorde wilg in een veengebied | ||||||
Syntaxonomische indeling | ||||||
| ||||||
Associatie | ||||||
Salicetum auritae Jonas 1935 em. Oberd., 1964 |
Deze associatie is vrij algemeen in Nederland, maar zeldzamer in Vlaanderen.
Naamgeving, etymologie en codering
- Synoniem: Frangulo-Salicetum auritae , Frangulo alni-Salicetum auritae Tüxen 1937
- Duits: Öhrchen-Weiden-Gebüsch
- Engels: Eared sallow bushes
- Syntaxoncode (Nederland): 36Aa01
De naam Salicetum auritae is afgeleid van de wetenschappelijke namen van een kensoort van de associatie, de geoorde wilg (Salix aurita).
Kenmerken
Ecologie
De associatie van geoorde wilg komt voor op zure, middelmatig voedselrijke, ondiepe veenbodems, met een gemineraliseerde bodem dicht onder het maaivlak, zoals op de rand van levend hoogveen, in gedegradeerde hoogvenen, en in relatief voedselarme laagvenen. De grondwaterspiegel stijgt tijdens het groeiseizoen zelden boven het grondoppervlak.
Structuur
De associatie van geoorde wilg vormt een dicht, twee tot drie meter hoog struweel gedomineerd door breedbladige wilgen, sporkehout en wilde gagel. Een boomlaag is meestal afwezig.
In de kruidlaag vinden we meestal varens en hoge grassen en graschtige planten als pitrus.
De moslaag is dikwijls goed ontwikkeld, met verschillende soorten veenmossen.
Soortensamenstelling
De associatie van geoorde wilg wordt algemeen gedomineerd door de enige kensoort, de geoorde wilg, met sporkehout (dat in deze vegetatie zijn optimum vindt), grauwe wilg en zachte berk op de tweede plaats in de struiklaag.
In de kruidlaag zijn vooral pijpenstrootje, grote wederik, hennegras en pitrus opvallend aanwezig.
Het onderscheid met de nauw verwante associatie van grauwe wilg wordt gemaakt door de aanwezigheid van onder andere zachte berk, wilde gagel, pijpenstrootje, kale jonker, melkeppe en tormentil.
De voor België en Nederland belangrijkste soorten zijn:
Kensoort | Diff.soort | Presentie | Nederlandse naam | Wetenschappelijke naam | Opmerking | |
---|---|---|---|---|---|---|
Boomlaag | ||||||
- | ||||||
Struiklaag | ||||||
kA | >90% | Geoorde wilg | Salix auriculata | |||
kV | >40% | Grauwe wilg | Salix cinerea | |||
kK | >50% | Sporkehout | Rhamnus frangula | |||
dA | >50% | Zachte berk | Betula pubescens | t.o.v. Associatie van grauwe wilg | ||
>30% | Zwarte els | Alnus glutinosa | ||||
dA | >30% | Wilde gagel | Myrica gale | t.o.v. Associatie van grauwe wilg | ||
>20% | Wilde lijsterbes | Sorbus aucuparia | ||||
>20% | Ruwe berk | Betula pendula | ||||
>20% | Zomereik | Quercus robur | ||||
Kruidlaag | ||||||
dA | >50% | Pijpenstrootje | Molinia caerulea | t.o.v. Associatie van grauwe wilg | ||
>50% | Grote wederik | Lysimachia vulgaris | ||||
>40% | Hennegras | Calamagrostis canescens | ||||
>40% | Pitrus | Juncus effusus | ||||
>30% | Riet | Phragmites australis | ||||
dA | >30% | Kale jonker | Cirsium palustre | t.o.v. Associatie van grauwe wilg | ||
>30% | Fioringras | Agrostis stolonifera | ||||
dA | >30% | Melkeppe | Peucedanum palustre | t.o.v. Associatie van grauwe wilg | ||
>20% | Bitterzoet | Solanum dulcamare | ||||
dA | >20% | Tormentil | Potentilla erecta | t.o.v. Associatie van grauwe wilg | ||
>20% | Moeraswalstro | Galium palustre | ||||
>20% | Wolfspoot | Lycopus europaeus | ||||
>20% | Gewone braam | Rubus fruticosus | ||||
>20% | Smalle stekelvaren | Dryopteris carthusiana | ||||
dA | Moerasstruisgras | Agrostis canina | t.o.v. Associatie van grauwe wilg | |||
Moslaag | ||||||
- |
Biologische Waarderingskaart
In de Biologische Waarderingskaart (BWK) van Vlaanderen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest staat deze associatie bekend als vochtig wilgenstruweel op venige of zure grond (so).
Het komt voor op de rand van voedselarme broekbossen en moerassen, of als een eerste successiestadium in de verbossing van natte schraallanden, natte heide of zuur laagveen.
Het vochtig wilgenstruweel op venige of zure grond staat gewaardeerd als 'Biologisch zeer waardevol'.
Verspreiding en voorkomen
De associatie van geoorde wilg heeft een groot verspreidingsgebied, van het laagland tot in de montane zone van het subatlantisch areaal.
In Nederland komt de associatie vrij algemeen voor, vooral op de pleistocene gronden.
In Vlaanderen is ze zeer zeldzaam, veel minder algemeen dan de associatie van grauwe wilg. Het is qua verspreiding praktisch beperkt tot de Kempen, met enkele uitzonderingen in het Hageland en het Brugse Houtland.
Bronnen, noten en/of referenties
|
Indeling van de vegetatieklasse Franguletea (klasse van de wilgenbroekstruwelen) |
---|
Orde: Salicetalia auritae |
Indeling van de BWK-karteringseenheden (Biologische Waarderingskaart) | ||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|