Tram van Bordeaux

De tram van Bordeaux is de belangrijkste vorm van openbaar vervoer binnen Bordeaux en haar agglomeratie. Het grootste deel van de tram van Bordeaux ligt ten westen van de Garonne. Alleen lijn A steekt deze rivier over.

Tram van Bordeaux
Lijn B in Bordeaux bij de halte Victoire.
Basisgegevens
LocatieBordeaux, Frankrijk
VervoerssysteemTram
Startdatum21 december 2003
Aantal lijnen3
Aantal stations116
Aantal voertuigen105 en 15 in bestelling Alstom, Citadis 302/402
Spoorwijdte1.435 mm
EigenaarBordeaux Métropole
Uitvoerder(s)Keolis Bordeaux onder de naam TBM (Transports Bordeaux Metropole), rijdt ook het busnetwerk
Operationele gegevens
Gem. snelheid18,2 km/h
Maximumsnelheid60 km/h
Netwerkkaart
Portaal    Openbaar vervoer

Het tram- en stadsbusnet wordt beheerd door de Bordeaux Métropole, het samenwerkingsverband van gemeenten in de agglomeratie Bordeaux. Transports Bordeaux Métropole TBM besteedt de exploitatie uit aan Keolis. Dagelijks maken 350.000 mensen gebruik van de tram.

Geschiedenis

Voor 1956

De eerste omnibus in Bordeaux was een door paarden getrokken koets. Deze lijn werd in 1830 al geopend. Vanaf 1880 was de belangrijkste exploitant La Compagnie générale des omnibus de Bordeaux die een netwerk van acht lijnen bereikte. De eerste paardentram reed in 1880. De Bordeaux Tramways and General Omnibus Company Limited, een Engelse firma, exploiteerde in 1891 een netwerk van negen lijnen over 39 km met 120 trams en 1200 paarden.

De eerste elektrische tramlijn reed op 17 september 1893 en werd door de La Compagnie du Tramway Bordeaux-Bouscat-Le Vigean et Extensions geëxploiteerd op het voorstadstraject tussen Bordeaux, Barrière du Bouscat, en Eysines. Dit was op meterspoor. Meer lijnen door verschillende maatschappijen volgden. Zij waren geen concurrenten, want de lijnen reden niet in elkaars gebied. In 1897 werd door een mandaat van de toenmalig burgemeester, Camille Costeau, uitgevaardigd dat de paardentram in zijn geheel door een elektrische moest worden vervangen. In 1898 ontstond daarmee La Compagnie Française des Tramways Electriques et Omnibus de Bordeaux. Deze maatschappij verving de acht paardentramlijnen door elektrische lijnen en legde vijf geheel nieuwe lijnen aan. Dit ombouwproject was in 1905 afgerond. Het elektrische net werd uitgebouwd tot een net van 25 stads- en 13 voorstadslijnen. De stadslijnen werden 1 tot 25 genummerd en de voorstadslijnen kregen letteraanduiding die in de meeste gevallen overeenkwam met de bestemming. Ze werd de lijn naar Gradignan met G aangeduid en die naar Pessac met een P, etc. In 1946 omvatte het netwerk 200 km en had 38 lijnen. Er werden 160.000 passagiers per dag vervoerd.

Omdat de tram als hinderlijk en ouderwets werd ervaren en er flinke investeringen in nieuw materiaal nodig was als men de exploitatie wilde voortzetten werd, net als in de meeste andere Europese steden, de tram opgeheven. Dit was in Bordeaux op 8 december 1958. De laatste tramlijnen waren de lijnen 7 en 8.

Nieuw bedrijf

De eerste lijn, lijn A, werd geopend op 21 december 2003. Op 24 april 2004 werd lijn C in gebruik genomen en op 15 mei 2004 volgde lijn B. De drie kruisen elkaar in het centrum van de stad en vormen daar een driehoek met drie overstapplaatsen. Langs de oever van de Garonne zijn er aansluitsporen die de drie tramlijnen met elkaar verbinden.

In 2017 is het tramnet 66,1 km lang en telt het 116 haltes. Lijn A loopt van oost naar west, is 24,2 km lang en telt 46 haltes. Lijn B is 19,5 km lang, telt 37 haltes en loopt van het noordoosten naar het zuidwesten. Lijn C is 19,4 km lang, telt 33 haltes en loopt vanaf het noorden naar het zuiden. Bijzonder is de keuze voor alimentation par le sol APS in het historische centrum. Dit systeem voor de elektriciteitsvoorziening voor trams wordt in Frankrijk meer gebruikt.

Lijnen

(stand maart 2017)

Lijn Eindbestemmingen
Lijn A Le Haillan Rostand ↔ La Gardette-Bassens-Carbon-blanc met een zijtak naar Floirac - Dravemont. Het tusseneindpunt Pin Galant wordt gedurende de gehele dag gebruikt en de tusseneindpunten Hôpital Pellegrin en Cenon Gare tijdens de spitsuren.
Lijn B Berges de la Garonne ↔ Pessac France Alouette met een zijtak naar Pessac Centre. Het tusseneindpunt La Cité du Vin wordt gedurende de gehele dag gebruikt en de tusseneindpunten Montaigne Montesquieu en Quinconces tijdens de spitsuren.
Lijn C Lycée Václav Havel ↔ Parc des Expositions - Stade Matmut-Atlantique met een zijtak naar Blanquefort Gare. De tusseneindpunten Gare de Bègles en Cracovie worden gedurende de gehele dag gebruikt en de tusseneindpunten Carle Vernet en Quinconces-Fleuve tijdens de spitsuren.

In aanleg

(stand maart 2017)[1]

  • Verlenging lijn A: Quatre Chemins ↔ Aéroport de Bordeaux-Mérignac, opening is voorzien voor eind 2019.
  • Verlenging lijn C: Lycée Václav Havel ↔ Villenave-d'Ornon, opening is voorzien voor eind 2018.
  • Nieuwe lijn D: Quinconces ↔ Cantinolle, opening is voorzien voor eind 2019.

Materieel

De tramdienst wordt uitgevoerd met 105 trams. Het materieel wordt door Alstom geproduceerd: 93 trams zijn trams van het type Citadis 402, van 44 m, en 12 trams zijn van het type Citadis 302, van 33 m. Laatstgenoemde trams rijden alleen op lijn C.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.