Super universas

Super Universas is de in 1559 uitgevaardigde bul waarin paus Paulus IV een hervorming van de bisschoppelijke hiërarchie beschreef voor de Bourgondische Kreits, een gebied ongeveer gelijk aan het huidige landen Nederland, België en Luxemburg, alsook Frans-Vlaanderen. Directe aanleiding was het tegengaan van de corruptie en zedeloosheid onder sommige leden van de geestelijkheid, maar ook de sterke opkomst van het protestantisme.

De architect van dit hervormingsplan was de Leuvense theoloog Sonnius, die politieke steun kreeg van Viglius, raadsheer van keizer Karel V en koning Filips II.

Bij de nieuwe indeling was de aartsbisschop van Mechelen de primaat. De paus benoemde de bisschoppen, maar koning Filips II van Spanje mocht als heer der Nederlanden kandidaten voorstellen. De bul was ook een poging tot centralisatie van de gewesten die voorheen grotendeels onderdeel waren van Keulen en Reims en van toen af drie kerkprovincies Utrecht, Kamerijk en Mechelen vormden.

Structuur vóór 1559

Bisdommen in de Nederlanden vóór Super Universas

De structuur van de kerk was verouderd: het jongste bisdom was dat van Utrecht uit de achtste eeuw. De bisdommen in het huidige België, zoals Doornik en ook Atrecht, nu in Frankrijk, waren voortzettingen van de laatromeinse bisdommen. In de achtste eeuw bestonden alleen in het zuidelijke gedeelte enkele steden. Het noorden bestond uit onontgonnen land en enkele kleine nederzettingen van boeren en vissers langs rivieroevers en kusten. De bisschop kon in die tijd vrij gemakkelijk zijn macht uitoefenen. De bisdommen in deze streek vielen onder de aartsbisdommen van Keulen en Reims.

Datzelfde gebied was inmiddels uitgegroeid tot een van meest verstedelijkte gebieden van Europa. In de loop van de eeuwen vond er een wildgroei aan ambten plaats. Er waren kapittelkerken, proosdijen, aartsdiakenen, aartspriesters, en een hele reeks kloosters die naarmate ze verder van de bisschopszetel verwijderd waren, minder met de bisschop van doen hadden. Een groot deel van de bisschoppelijke macht was dus uit handen gegeven aan al deze kerkelijke instellingen.

Aanloop

Aanleiding voor Super Universas

De bovengenoemde complexe structuur leidde ertoe dat corruptie en machtsmisbruik slecht kon worden bestreden. Dit in combinatie met de opkomst van het protestantisme en economische neergang, was voor de Spaanse koning aanleiding om grootscheepse hervormingen door te voeren. Al in 1525-1530 waren er vruchteloze pogingen ondernomen om zes nieuwe bisdommen op te richten in de Nederlanden.

Voorbereiding

In 1551-1552 werd een nieuw plan opgesteld, dat in grote lijnen overeen kwam met de structuur aangenomen in 1559. De architect en bedenker van de hervorming der bisdommen was de Leuvense theoloog Franciscus Sonnius. Maar de tijd bleek nog niet rijp, ook omdat Keizer Karel V niet onverdeeld achter de plannen stond. Met het aantreden van Filips II keerden de kansen en in het grootste geheim werd een commissie opgericht om de hervorming voor te bereiden. Viglius, Philippus Nigri en Ruard Tapper maakten deel uit van deze commissie. Sonnius werd door Filips II in 1558 naar de pauselijke curie gestuurd als pleitbezorger van de nieuwe indeling. Paus Paulus IV was de hervorming niet ongunstig genegen, maar een doorbraak kwam er pas in 1559 nadat kardinaal Carlo Carafa, een tegenstander van de plannen, in ongenade was gevallen en nadat er vrede werd gesloten tussen Spanje en Frankrijk (Vrede van Cateau-Cambrésis).[1]

Structuur vanaf 1559

Bisdommen in de Nederlanden na Super Universas

De uitvoering

De bul werd in hoog tempo doorgevoerd. De onoverzichtelijke en verouderde structuren werden vervangen door heldere en overzichtelijke bisschoppelijke structuren. Elke bisschopszetel werd verbonden aan een klooster om deze reorganisatie te financieren. Deze maatregel, maar ook het schrappen van lucratieve kerkelijke functies leidde tot weerstand binnen de kerk. Aan de andere kant waren er ook geestelijken die vonden dat de wereldlijke macht door de kerk te veel grip op de politiek zou krijgen. Ondanks deze weerstand vond de hervorming doorgang. Echter, het nieuwe aartsbisdom Utrecht en zijn suffragane bisdommen waren een kort leven beschoren. Door de reeds ontstane onrust, hongersnood, beeldenstorm en uiteindelijk het begin van de Tachtigjarige Oorlog, bleven deze bisdommen, alhoewel niet formeel opgeheven, twintig jaar later alweer zonder bisschoppen, soms zelfs zonder lang bestuurd te zijn geweest.

Overzicht

Hierbij wordt een overzicht gegeven van de indeling in bisdommen volgens Super Universas.

Het bisdom Utrecht besloeg grofweg de huidige provincies Utrecht en Gelderland; bij Deventer was dat Overijssel (en ook het toenmalige eiland Urk), bij Groningen: Drenthe en Groningen; bij Haarlem: Noord- en Zuid-Holland; bij Leeuwarden: Friesland; bij Middelburg: Zeeland. Roermond en ’s-Hertogenbosch, die toen suffraganen van Mechelen werden, besloegen grofweg Nederlands-Limburg resp. Noord-Brabant.

Gevolgen

Het was een impopulaire beslissing bij de hoge adel die zijn kerkelijke functies zag verdwijnen omdat zij niet de vereiste theologie-diploma's hadden. Het was evenzeer impopulair bij de abten die vreesden dat hun kloosters zouden worden overgenomen, met verlies van financiële autonomie. Men verwachtte ook dat daarmee ook de al bekende inquisitie vervangen zou worden door de Spaanse Inquisitie, waar gruwelijke verhalen de ronde over deden, die niet noodzakelijk waren gebaseerd op de realiteit — de zogenaamde zwarte legende. Door de aanstelling van Granvelle tot aartsbisschop van Mechelen en later kardinaal en primaat van de Nederlanden laaide de onrust op, waarna Granvelle ten slotte de Nederlanden verliet. Deze gevolgen van Super Universas, de economische problemen en de particularistische tendensen leidden uiteindelijk tot de Opstand.

Hoewel in het Nederland van boven de rivieren de uitvoering destijds niet definitief gelukt is, kan men dat niet zeggen van de andere nieuwe bisdommen. Zowel het tegengaan van corruptie alsook het tegengaan van het protestantisme, de twee belangrijkste doelen van deze bul, zijn goeddeels gehaald.

Huidige indeling

Ter vergelijking de huidige indeling in bisdommen in België, Nederland en Nord-Pas-de-Calais:

Hoewel Kamerijk nog altijd een aartsbisdom is, is het thans een suffragaan van het aartsbisdom Rijsel, dat pas in 1913 werd opgericht. Het bisdom Sint-Omaars verdween door het Concordaat van 1801. Namen en Doornik zijn thans geen suffraganen meer van Kamerijk, maar van Mechelen-Brussel.

De acht Belgische bisdommen

Het aartsbisdom Mechelen heet tegenwoordig het aartsbisdom Mechelen-Brussel. Doornik en Namen zijn thans suffraganen van Mechelen-Brussel, en niet van Kamerijk. Ook Luik, dat in 1559 nog niet tot de Nederlanden behoorde, is thans een suffragaan van Mechelen-Brussel; ’s-Hertogenbosch en Roermond zijn daarentegen suffraganen van Utrecht geworden. Brugge en Antwerpen werden weliswaar opgeheven door het Concordaat van 1801, maar werden in 1834 resp. in 1961 heropgericht. Het bisdom Ieper, dat bij dat Concordaat eveneens werd afgeschaft, werd niet meer hersteld. Het nieuwe bisdom Hasselt, dat bestaat uit het van Luik losgemaakte Limburg, werd opgericht in 1967. Tot slot was er van 1920 tot 1925 een kortstondig bisdom Eupen-Malmedy, alvorens de Belgische Oostkantons werden geïntegreerd in het bisdom Luik.

De zeven Nederlandse bisdommen

Pas in 1853 vond het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in Nederland plaats. Daarbij werden echter slechts vier van de oude bisdommen hersteld: Haarlem, Roermond, ’s-Hertogenbosch en Utrecht. Roermond en ’s-Hertogenbosch werden dus suffraganen van Utrecht, en niet van Mechelen. Het grondgebied van het oude bisdom Middelburg ging naar Haarlem; dat van Deventer, van Groningen en van Leeuwarden naar Utrecht. Er werd echter wel een vijfde bisdom opgericht: het bisdom Breda, dat de westelijke helft van Noord-Brabant voor zijn rekening nam. In de jaren 50 werd het bisdom Groningen heropgericht, dat echter ook het grondgebied van het oude bisdom Leeuwarden beslaat: naast Drenthe en Groningen bevat het immers ook Friesland. Op dat moment werd eveneens het nieuwe bisdom Rotterdam opgericht, dat de provincie Zuid-Holland ging beslaan. Zeeland ging toen ten slotte van Haarlem naar Breda. In het begin van de eenentwintigste eeuw veranderden tot slot twee bisdommen van naam: Haarlem werd Haarlem-Amsterdam en Groningen werd Groningen-Leeuwarden.

Literatuur

  • Michiel Leopold Dierickx, De oprichting der nieuwe bisdommen in de Nederlanden onder Filips II, 1559-1570, 1950, 347 p.
  • Folkert Postma, "Nieuwe licht op een oude zaak. De oprichting van de nieuwe bisdommen in 1559", in: Tijdschrift voor Geschiedenis, 1990, nr. 1, p. 10-27
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.