Ekelsbeke

Ekelsbeke (Frans: Esquelbecq) is een gemeente in het Franse Noorderdepartement, in de Franse Westhoek, met ruim 2.200 inwoners.

De Sint-Folquinuskerk
Ekelsbeke
Esquelbecq
Gemeente in Frankrijk

Situering
RegioHauts-de-France
DepartementNoorderdepartement (59)
ArrondissementDuinkerke
KantonWormhout
IntercommunalitéVlaamse Heuvels
CultuurregioFrans Vlaanderen
LandstreekFranse Westhoek
LandschapHoutland
Coördinaten50° 53 NB, 2° 26 OL
Algemeen
Oppervlakte12,7 km²
Inwoners (1 jan. 2011)2.121
(167 inw./km²)
Hoogte11 - 29 m
BurgemeesterDidier Roussel
Overig
Postcode59470
INSEE-code59210
Detailkaart
Locatie van de gemeente in de Franse Westhoek
Portaal    Frankrijk

Geschiedenis

De gemeente heeft een naam met Nederlandse oorsprong. Gelegen bij een overtocht aan de IJzer in de aanwezigheid van vele eiken kreeg de plaats de naam 'Ekelsbeke' (Eikels beek) waarvan Esquelbecq de verfranste versie is.

9e eeuw: De naam dook het eerst op in de oorkonde van Sint Bertinus. Het leven van Sint-Folkwin, een christen die de bevolking kerstende, staat erin beschreven. Deze man stierf in het jaar 855 te Ekelsbeke op 14 december.

Gevestigd nabij de IJzer was het stadje sinds dit tijdperk beschermd door een kasteel en een kasteelheer. Over het afgelegen gebouw met zijn bewoners is er uit deze periode nog geen document opgedoken. Sedert de middeleeuwen tot in 1821 heersten er vijf feodale families. De gebeurtenissen zijn met zekerheid gekend sinds het eind van de 13e eeuw, namelijk sinds 1299. In het jaar 1299 huwt Béatrix, de dochter van Thierry van Ekelsbeke als enige erfgename met Gauthier van Ghistelles.

Gedurende meerdere generaties blijft het kasteel in de familie: Jean, Gérard, Jean, Gauthier... Jeanne zal huwen met Louis d'Hallewyn. Men kan suggereren dat de d'Halewyns hun bezittingen moesten verkopen onder de Spaanse heerschappij. Deze verkoop had plaats op februari 1584. De koper was Valentin de Pardieu, geboren te Sint-Omaars en gouverneur van Grevelingen. Hierdoor werd hij de nieuwe landheer en graaf van Ekelsbeke.

Hij stierf te Doullens in een zetel en had geen erfgenamen. Valentin de Pardieu voerde oorlog met legers van keizer Karel V. Zijn neef, Levasseur de Guernonval zal de gronden krijgen. Hij wordt de eerste baron van Ekelsbeke in 1612 en wil van harte de ruïnes van het dorp in ere herstellen, hij laat het kasteel in 1606 restaureren en de kerk in 1610. Hij overlijdt in 1633.

Gedurende 225 jaar zal Ekelsbeke tot deze familie toebehoren. Louis de Guernonval was er geboren in 1729 en was de laatste die in het begin van de 19e eeuw werd begraven in de crypte van de Kerk van Sint-Folkwin. In 1790 werd de gemeente de hoofdplaats van het kanton dat zeven gemeenten bevatte. Maar dit duurt slechts twee jaar tot Wormhout, de belangrijkste gemeente deze functie overneemt.

In 1976 verwoestte een grote brand de Sint Folkwin kerk. De volledig gerestaureerde kerk met een orgel in Duitse barokstijl kan worden bezocht.

In 1793 lijdt Ekelsbeke onder de razernij van de Franse Revolutie. Alles wat herinnerde aan het ancien régime werd vernield, geplunderd of opgeheven. Zo verdwenen bijvoorbeeld de ingebouwde kasten van het kasteel. Op 23 augustus 1793 vond de slag van Ekelsbeke plaats: Het was in tijd van oorlog waar de Franse Revolutie tegen de conservatieve Europese krachten. Het belang voor het dorp hiervan was dat het kasteel zijn aanzien verloor.

19e eeuw: Geruïneerd door het gevecht en 15 dagen vijandelijke bezetting, zullen de Guernovals hun gebied verlaten en verkopen ze het in 1821 aan een Rijsels handelaar, Louis Colombier. Hij stond aan de wieg van de bloei van de gemeente en het verkrijgen van een doorgang van een spoorweg en de bouw van een station. De komst van de eerste treinen in 1848 waren verantwoordelijk voor de vestiging van industrieën en handel.

Alphonse Bergerot, getrouwd met de kleindochter van Louis Colombier was er 56 jaar (van 1852 tot 1908) burgemeester. Hij drukte zijn stempel op het dorp, in 1857 schreef hij tezamen met Iepers stadsarchivaris Isidore Diegerick de geschiedenis van het kasteel en zijn heersers.[1] Hij richtte het bejaardentehuis op en de Saint-Joseph school in 1888.

Eerste Wereldoorlog: Een pijnlijke periode waarbij zo'n 80 Ekelsbekenaars het leven lieten. Bij een groot Duits offensief op de Vlaamse Heuvels in april 1918, werden duizenden soldaten die van het nabije front terugkeerden er verzorgd. Meer dan 600 onder hen bezweken aan hun verwondingen, het mosterdgas of aan ziekte en werden begraven in een geïmproviseerd kerkhof aan de kant van de stationsweg. In april 1918 werden de gesneuvelden herbegraven in een meer afgelegen terrein dat was geschonken door de Franse Staat.

Tweede Wereldoorlog: De bezetting van het dorp begint in mei 1940 na een gruwelijk gevecht. Zeventig Britse soldaten werden afgeslacht onder het bevel van de SS bij een open plein in het bos. Een gedenkteken dat getuigt van deze oorlogsmisdaad is opgericht bij de route de Wormhout.

Bezienswaardigheden

Interieur van de Sint-Folquinuskerk
Het Kasteel van Ekelsbeke
Oorlogsgedenkteken aan de zuidmuur van de kerk

Demografie

Onderstaande figuur toont het verloop van het inwonertal (bron: INSEE-tellingen).

Grafiek inwonertal gemeente

Verkeer

In het Station Esquelbecq stoppen de treinen van het openbaar vervoersnetwerk TER Nord-Pas-de-Calais die op de lijn Atrecht-Duinkerke rijden.

Zie de categorie Ekelsbeke van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.