Bekering

Bekering is het overgaan of doen overgaan tot een (andere) godsdienst. Dit overgaan kan vanuit een vorige religie of vanuit agnosticisme of een atheïstische overtuiging. In sommige culturen (bijvoorbeeld het jodendom) betekent bekering zowel lid worden van de etnische groep als de religie aannemen.

De bekering van Paulus, schilderij uit circa 1600-1601

Volgens artikel 18 van de Universele verklaring van de rechten van de mens[1] heeft iedereen recht op vrijheid van godsdienst en houdt dit ook "de vrijheid om van godsdienst of overtuiging te veranderen" in.

Over het algemeen wordt de bekering tot een bepaalde religie binnen die religie met blijdschap ontvangen. Het tegenovergestelde van bekering, dus uittreden uit dit geloof, is geloofsafval en dit wordt door gelovigen over het algemeen als betreurenswaardig bezien.

Verscheidene etnische godsdiensten, zoals Jezidi's en Druzen, keuren geen bekeerlingen goed. De enige manier om een Jezidi te worden is in een Jezidische familie geboren te zijn.

De bekeerling, proseliet

Een persoon die bekering heeft ondergaan wordt een bekeerling of proseliet genoemd. Het woord komt van het Griekse πϱοσήλυτος = proseliet en betekent letterlijk: iemand die er bij gekomen is. Oorspronkelijk werden met proselieten de mensen aangeduid van een niet-Joodse afkomst die zich hebben bekeerd tot het jodendom, inclusief de besnijdenis. Tegenwoordig heeft het woord een veel algemenere zin: elke bekeerling, niet alleen in religieus opzicht, maar ook in filosofisch of politiek opzicht kan zo genoemd worden.

Proselitisme is tegenwoordig de aanduiding voor opdringerige bekeringsijver.

Bekering tot het christendom

Met 'bekering tot het christendom' wordt bedoeld dat men overgaat tot het christendom en een leven gaat leiden overeenkomstig Bijbelse regels. Bekering houdt in dat geval in dat men God erkent als Schepper en een relatie met Hem start en Jezus als de messias aanvaardt en een volgeling van hem wordt. Bekering wordt door sommigen opgevat als een synoniem van wedergeboorte.

Bekering wordt ook wel gebruikt als een oproep aan personen die al gelovig zijn, om hun leven in orde te brengen met de Bijbel en zich af te keren van verkeerde praktijken. In Lukas 15:10 valt te lezen: "Zo, zeg ik u, heerst er ook vreugde onder de engelen van God over één zondaar die tot inkeer komt."

In de Bijbel komt de aanduiding 'bekering' diverse malen voor, zowel in de eerste als in de tweede betekenis. Een voorbeeld van het eerste is de toespraak die de apostel Petrus hield nadat de Heilige Geest op het Pinksterfeest was uitgestort en de toehoorders opriep zich te bekeren.[2] Een voorbeeld van het tweede is de oproep van Johannes de Doper, de wegbereider van Jezus, aan zijn tijdgenoten om hun leven op orde te brengen omdat de messias (Jezus) binnenkort zal verschijnen.[3] In dit geval ging het niet om wedergeboren gelovigen omdat Jezus nog niet gekomen was.

Bekering in de zin van christen worden, houdt concreet in dat men erkent dat men een zondig (zonde betekent: doel missen) mens is en gelooft dat Jezus als Zoon van God gestorven en opgestaan is als ultieme aflossing van de menselijke zonden (de erfzonde en de zonden die daarvan het gevolg zijn). Het onderstrepen van de keuze voor dat geloof wordt doorgaans gedaan in het bijzijn van de eigen kerkelijke gemeente, door middel van het uitspreken van een belijdenis (in sommige kerkgenootschappen vergezeld van een doopritueel) of (in het geval van de Rooms-Katholieke Kerk) door het doopsel. Om de kersverse christen te laten weten waar hij of zij eigenlijk voor kiest en hem of haar erover te laten nadenken, gaat er aan dit ritueel enig onderwijs vooraf. Bij de overgang van de ene christelijke denominatie naar de andere wordt in sommige gevallen óók naar soortgelijke rituelen gegrepen.

Over het eigen geloof vertellen, in de hoop dat dit tot bekeringen leidt, wordt evangelisatie genoemd. In het verleden is missionering wel gebruikt als verontschuldiging voor godsdienstige oorlogen en bekeringen onder dwang. In het jaar 1000, in de tijd van de Vikingen, besloot het parlement van IJsland dat het volledige land zich tot het christendom zou moeten bekeren, en dat het offer aan de oude goden, hoewel nog toegestaan, niet meer in het openbaar zou mogen gebeuren. Gelijkaardige massabekeringen in andere Scandinavische landen waren niet democratisch.

Bekering tot de islam

Feitelijk gaat de islam niet uit van bekering, maar terugkering tot de islam. Toen God de zielen schiep in de tijd die Balaa genoemd wordt, vroeg Hij: Ben ik niet jullie Heer? Hierop zouden alle zielen hebben geantwoord: Balaa! (jazeker, dat bent u!). Sinds die tijd is iedere ziel moslim.[4]

Er zijn zes zuilen van geloof,[5] die met name voor moslims leidend zijn:

  • Geloof in Allah
  • Geloof in Zijn engelen
  • Geloof in Zijn boeken
  • Geloof in Zijn profeten
  • Geloof in de dag des oordeels
  • Geloof in lotsbestemming en beschikking

Een persoon wordt moslim door in het bijzijn van twee getuigen de shahada (geloofsbelijdenis) uit te spreken. Sommige stromingen accepteren echter ook een getuigenis voor God alleen, andere willen een getuigenis voor een hele moslimgemeenschap. Daarna is de ghoesl verplicht. De islam kent geen doop of iets vergelijkbaars; ook de besnijdenis is geen verplichting, maar is aanbevolen.[6]

Met het afleggen van de getuigenis begint de 'nieuwe' moslim (moe`allaf) met een schone lei; zijn voorafgaande zonden zijn hem vergeven. Het houdt echter niet op bij het geven van een getuigenis of belijdenis. De nieuwe gelovige moet zich in een persoonlijk proces vertrouwd maken met de leerstellingen en de rituelen. Meestal neemt de bekeerling ook een nieuwe voornaam aan, omdat deze te maken heeft met de nieuwe religieuze identiteit, en bijvoorbeeld verwijst naar God, een van de profeten, of een andere islamitische kwaliteit.[7] Hij of zij wordt ook geacht de vijf zuilen van de islam in praktijk te brengen.

Hoewel de meeste Europese bekeerlingen autodidact zijn[8], gebeurt het prediken van de islam om niet-moslims te bekeren wel en is eveneens goedgekeurd. In de islam wordt dit da'wah genoemd. Ook in de islam is missioneringswerk in het verleden wel gebruikt als excuus voor godsdienstoorlogen en gedwongen bekeringen. Het traditionele standpunt van islamitische juristen is echter dat gedwongen bekeringen géén geldigheid hebben. Stellig staat in de Koran:

In de godsdienst is geen dwang. (soera De Koe 256).

In de meeste gevallen waarbij moslims gebied veroverden werden christenen en joden onderworpen aan de dhimmi-status: in ruil voor een verplichte belasting (djizya) verkregen ze zekere mogelijkheden om hun godsdienst te blijven belijden.

In Nederland en België wordt sinds 2007 een speciale bekeerlingendag gehouden voor bekeerlingen tot de islam.

In 2006 is ongeveer 5 procent van de Nederlandse bevolking moslim. Dat komt overeen met ruim 850 duizend personen. Dit blijkt uit cijfers van het CBS.[9] Naar schatting bekeren zich jaarlijks 500 Nederlanders tot de islam.[10]

Nieuwe moslims verstaan in de moskee vaak niet waar het over gaat aangezien de preek vaak in het Arabisch of het Turks is. Wel wordt de vrijdagpreek in veel moskeeën ook in het Nederlands gehouden. Soms ondervinden bekeerlingen problemen in de eigen omgeving; familie en vrienden snappen niet altijd de beweegredenen om te bekeren. Tegenwoordig kunnen mensen die met het bekeren bezig zijn of al bekeerd zijn bij verschillende grote moskeeën terecht voor wekelijkse gespreksgroepen.

Geloofsafval in de islam

Volgens het merendeel van de islamitische fiqhgeleerden en theologen verdient een mannelijke moslim die van het geloof afvalt (ridda), en zich zodoende buiten de islam plaatst, de doodstraf, maar men verschilt van mening of dit gepleegde feit wel voldoende is om een oordeel te vellen en uit te voeren.[11]

Bekering tot het jodendom

De joodse wet heeft strikte richtlijnen voor het goedkeuren van nieuwe bekeerlingen tot het jodendom. Volgens de joodse wet, die normatief door orthodox jodendom en gedeeltelijk door conservatief jodendom wordt gevolgd, moet de wens om zich tot het jodendom te bekeren (gioer of giur) van harte komen en zonder bijbedoelingen zijn. Een mannelijke bekeerling moet een rituele besnijdenis ondergaan en hij moet zich verplichten om de 613 geboden van de joodse wet na te leven. De onderdompeling in een ritueel bad, de mikwe, is een vereiste en de bekeerling neemt een nieuwe, joodse, naam aan.

De controle over de bekeringen is regelmatig onderwerp van debat in Israël, onder meer omdat vele immigranten uit de vroegere Sovjet-Unie in feite niet joods zijn.

Orthodox jodendom

Het orthodoxe jodendom ontmoedigt bekering tot het Jodendom over het algemeen. In plaats daarvan stimuleert het de persoon om vanuit zijn oorspronkelijke achtergrond zich aan de Noachitische geboden (de geboden die God aan Noach gaf na de zondvloed en daarmee aan al zijn nakomelingen: de tegenwoordige mensheid) te houden en zo een rechtvaardig leven te leiden en op die manier God te vinden. De bekeerling tot het Jodendom moet vanzelfsprekend al de joodse geloofsprincipes accepteren en andere religies verwerpen. Indien dit niet het geval was, is de bekering retroacief ongeldig. Aan de daadwerkelijke bekering —acceptatie door een geautoriseerd Rabbinaal college, besnijdenis en onderdompeling in een mikwe— gaat een tijdsbestek van minimaal een jaar (meestal zes jaar) vooraf. Tijdens deze periode moet de aspirant-bekeerling integreren in de joodse gemeenschap: hij of zij moet onder meer, indien mogelijk, dagelijks voor de gebedsdiensten in de synagoge verschijnen, thuis alle wetten van kasjroet houden en zich aan de wetten van sjabbat houden.

Niet-orthodox jodendom

Het masorti jodendom en vooral het liberaal jodendom stellen minder eisen aan bekeerlingen, overeenkomstig hun minder intensieve religieuze praktijk. Bij de beweging van liberale joden verwelkomt men niet-joodse partners van joden die zich willen bekeren.

Omzetting in godsdiensten van Indische oorsprong

De godsdiensten van Indische oorsprong zoals hindoeïsme en sikhisme geloven niet in bekering als een manier om een religie uit te breiden, maar heten wel iedereen welkom die zich bij hun godsdienst wil aansluiten. Ook het boeddhisme is in dit rijtje te plaatsen, hoewel dit dikwijls eerder als een levensbeschouwing dan als een godsdienst gedefinieerd wordt. De reden waarom de Indische religies geen klemtoon leggen op het maken van bekeringen is hun sterke overtuiging dat "alle godsdiensten waar zijn en slechts verschillende wegen naar dezelfde waarheid". De aanhangers geloven ook dat iemands godsdienst zou moeten worden gekozen op basis van zaken als afkomst en karakter.

Bekering tot nieuwe godsdienstige bewegingen en sekten

De bekering tot nieuwe religieuze bewegingen (NRB) wordt doorzeefd met controversen. De anti-cultusbeweging gebruikt soms de term gedachtehervorming of zelfs hersenspoeling, hoewel de laatstgenoemde term tegenwoordig minder gebruikt wordt. NRB's zijn zeer divers en het is niet duidelijk of de bekering tot NRB's verschilt van bekering tot heersende stromingsgodsdiensten.

Sekten hebben verschillende wervingsmethoden. Vrijwel altijd wordt gestart met een onschuldig, vrijblijvend contact, waarna vroeger of later een uitnodiging volgt om naar de openbare ruimte of de gebedsruimte van de groep te komen. Het kan ook een clubavond, dansavond, picknick of discussieavond zijn. In de meeste gevallen zullen de leden van de sekte sympathiek overkomen, vooral door de bijzonder vriendelijke bejegening van de introducée - ook wel "love bombing" genoemd - en het geïnteresseerde aspirant-lid zal met plezier naar de bijeenkomsten gaan.

De strategie van Jehova's getuigen is het vertellen van hun verhaal deur aan deur. Leden van deze sekte delen soms op markten traktaten uit of geven verouderde exemplaren van hun tijdschriften aan reizigers op treinstations. De Amerikaanse beweging Children of God (ook wel "The Family" genoemd) hanteerde het zogenoemde "Flirty Fishing": het opbouwen van vriendschappelijke contacten uit "toevallige ontmoetingen". Op een gegeven moment leidde dit zelfs tot het zich prostitueren door vrouwelijke leden, tot dit in 1987 verboden werd.

Op een bepaald moment zal gevraagd worden lid te worden of zal het aspirant-lid zelf vragen lid te mogen worden. Lidmaatschap is alleen mogelijk als de doctrines van de sekte volledig worden geaccepteerd als "waarheid". Vaak moet het aspirant-lid aantonen dat hij of zij grondig bekend is met deze doctrines. Nadat dit succesvol is doorstaan, volgt vrijwel altijd een ritueel waarmee toetreding wordt geformaliseerd, zoals de volwassenendoop. De aard en grondigheid van deze procedures en rituelen verschilt sterk tussen de verschillende sekten.

Een onderzoek, zowel in de Verenigde Staten als in Nederland, heeft aangetoond dat er een positieve correlatie is tussen het gebrek aan betrokkenheid in hoofdstroomkerken in bepaalde gebieden en provincies en het percentage mensen dat lid is van een nieuwe godsdienstige beweging. Het Nederlandse onderzoek omvatte de Jehova's getuigen en de Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen (Mormonen) als NRB's.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.