Profeet

Een profeet (Grieks: προφήτης, prophètès) is in religieus verband een persoon die boodschappen van een godheid doorgeeft. De tweede betekenis van profeet is visionair of toekomstvoorspeller, zoals Nostradamus.

Betekenis en oorsprong

Het Griekse woord prophèteuo betekent voorspellen, orakelspreuken verkondigen of profeteren. Het is een heel neutrale term blijkens de etymologie van het woord: hij duidt enkel aan dat de persoon spreekt in naam van (of in de plaats van (= προ))[1]. Een profeet (of profetes) spreekt (soms in een trance) de boodschap uit die hij op het spreekmoment zelf van een god of godin verkrijgt[2]. Ook kan de profeet na het contact met de godheid verslag uitbrengen van wat hem door die godheid is opgedragen te zeggen aan de (geloofs)gemeenschap. Uit de aard der zaak verwijst zo'n boodschap (vaak vermanend) naar verkeerde daden in het verleden, zegt wat er bijgevolg te doen staat en voorspelt wat er zal gebeuren als er niet gehandeld wordt zoals de godheid opdraagt via zijn profeet.

Het woord is in de Germaanse talen terechtgekomen via vertalingen van de Bijbel. Er was voor dit woord geen alternatief, dus nam men klank en woordbeeld uit het Grieks over. In de Septuaginta, de Griekse vertaling van de Hebreeuwse Tenach, wordt het woord profeet gebruikt voor het Hebreeuwse navie (noen-beet-jod-alef), een woord dat samenhangt met het werkwoord "roepen". Of de "navie" in het Oude Nabije Oosten een geroepene is of zelf roept/verkondigt wat God hem verteld heeft, is niet helemaal duidelijk. In het Assyrisch kan het werkwoord zelfs "de godheid oproepen/aanroepen" betekenen. Ook in het Nieuwe Testament wordt het Griekse woord profeet gebruikt, waarbij men de praktijk van de nevi'iem (meervoud van navie) in gedachten heeft.

Profeten komen al in oude geschriften voor. Kleitabletten die gevonden zijn in Mari in Mesopotamië spreken van "antwoordgevers" of "extatici" die boodschappen van de goden aan de koningen doorgaven. Profeten stonden in relatie tot de heersende godsdienst. Ze werkten naast de priesters, of waren tegelijk profeet en priester zoals de Pythia van Delphi.

In drie wereldgodsdiensten spreekt men van profeten: het christendom, het jodendom en de islam. Omdat het Abrahamitische religies zijn of openbaringsgodsdiensten vindt men overlapping: deze drie godsdiensten kennen enkele gemeenschappelijke profeten zoals de profeten Elia en Mozes.

Profeten in het jodendom

Het jodendom hanteert de profeten die in de Hebreeuwse Bijbel (Tenach) als zodanig genoemd worden. Aanvankelijk werden zij 'zieners' genoemd (Hebr.: ro'eh of chozeh), de benaming 'profeten' (Hebr.: nabi' of nebi'im) kwam pas later. De benaming profeet komt namelijk uit de Septuagint. Naast 'zieners' wordt ook de term 'man Gods' gebruikt. Volgens Deuteronomium 18 is een profetie van God als de profetie uitkomt en dus echt gebeurt. Al wil dat niet zeggen dat profetiën blauwdrukken van de toekomst zijn. Denk bijvoorbeeld aan Jona, waar wel gewaarschuwd wordt, maar waar de waarschuwende profetie niet wordt uitgevoerd. In de Tenach wordt overigens gesproken van ware profeten die door God gezonden zijn en 'valse profeten', die claimden namens God te spreken, maar dit niet deden. Denk aan de Baälpriesters.

Vindplaats

In de Tenach spelen de verhalen over profeten een belangrijke rol; de Tenach is ingedeeld in vijf wetboeken, eenentwintig profetenboeken en dertien geschriften. De boeken over de profeten beschrijven verhalenderwijs hoe de leefregels en wetten uit de vijf wetboeken in het dagelijkse leven worden toegepast. Enkele voorbeelden van profeten die er in deze boeken genoemd worden, zijn Jozua, Natan, Elia, Elisa en Jesaja. Gods profeten waren doorgaans mannen, maar een enkele keer ook een vrouw (Debora, Hulda). De Babylonische Talmoed (Megilla 14a) erkent zelfs zeven profetessen naast 48 profeten: Sara, Mirjam, Debora, Abigaïl, Hulda en Ester. De boeken Jozua, Rechters, I en II Samuel, I en II Koningen worden de vroegere profeten genoemd, Jesaja, Jeremia, en Ezechiël en de twaalf zijn boeken die de woorden van de latere profeten doorgeven. Profeten komen echter ook in de eerste vijf boeken van Mozes (Abraham (Genesis 20:7), Mirjam en Mozes) voor. De latere profeten worden ook wel schriftprofeten genoemd. Veel geschreven profetie is Bijbelse poëzie.

Functie

De Hebreeuwse profeten fungeerden als spreekbuizen van God tot de mensen en andersom. Een tekst waarin dit duidelijk wordt, is Exodus 7:7. Daarin wordt Aäron de profeet van Mozes genoemd: Mozes ontving de boodschappen van God, maar Aäron moest ze uitspreken. Profeten waren degenen die namens God het volk steeds aan het Verbond herinnerden. Ze brachten niet alleen waarschuwingen en voorspellingen over van God naar het volk, maar deden ook voorspraak bij God als vertegenwoordigers van het volk. Profeten kozen niet zelf voor deze functie, maar werden daartoe door God geroepen. De opdracht om profeet te zijn werd vaak als zwaar, doch onafwendbaar opgevat. De functie van profeet bestond soms uit spreken, soms uit het voltrekken van bepaalde metaforische handelingen. Hiermee werd een bepaalde boodschap overgebracht van God naar hun volk, waarvan de inhoud soms troostend, dikwijls echter waarschuwend is ("keer u om van de dwaalwegen en wandel in de weg van uw God!"). Het takenpakket van een profeet wordt omschreven in Dewariem 18. De meeste profeten spraken hun boodschap uit, enkelen waren actief als schrijver (Mozes, Ezechiël), een enkele keer communiceerden profeten via een brief (Elia, Jeremia) en Habbakuk schreef zijn boodschap op een tablet. Jeremia had een schrijver, Baruch, in dienst.[3]

Profeten in het christendom

De Bijbel van de christenen bestaat uit het Oude en het Nieuwe Testament. Het Oude Testament van de protestantse kerken komt overeen met de Hebreeuwse Bijbel. Het boek Daniël, in het jodendom een van de Geschriften, is volgens de christelijke kerk een profetisch boek. De Rooms-Katholieke Kerk en de Oosterse kerken hebben nog enkele apocriefe boeken, die echter niet als profetisch worden beschouwd. Het boek Henoch wordt alleen in de Ethiopisch-orthodoxe kerk als echt beschouwd; en niet door de meeste kerken, al wordt het in het Nieuwe Testament (Tweede brief van Petrus en Brief van Judas) geciteerd. Het Nieuwe Testament begint met een relaas over Johannes de Doper een op Elia gelijkende profetische figuur. Jezus wordt beschouwd als meer dan een profeet[4] In de vroege Kerk werden sommige anderen ook erkend als profeet:

  • Agabus vinden we in Handelingen der apostelen 11:28 en 21:10;
  • Vier dochters van Filippus: Handelingen 21:8-10;
  • Het onderscheid tussen leraar en profeet was niet altijd duidelijk: Handelingen 13:1.

Daarnaast wordt beschreven dat er valse profeten waren die niet uit naam van God spraken. De mensen worden door Jezus en zijn apostelen voor hen gewaarschuwd.

De gave van profetie

Met name de latere Pinkstergemeenten en andere evangelische richtingen van het christendom hebben de overtuiging dat het profeteren een gave is die verkregen kan worden door alle gelovigen die met de Geest vervuld zijn. Zij baseren zich daarbij onder meer op het verhaal over de komst van de Heilige Geest tijdens het joodse Pinksterfeest waarop de leerlingen van Jezus "met tongen" spraken (= in verschillende talen of dialecten), en op de woorden van de apostel Paulus in het Bijbelboek 1 Korinthiërs, hoofdstuk 14 en Brief van Paulus aan de Efeziërs 4:11: En Hij heeft zowel apostelen als profeten gegeven, zowel evangelisten als herders en leraars. Zij kenden het Oude Testament met de boeken en de profeten daarin. In het Nieuwe Testament wordt daarnaar verwezen en wordt beschreven dat enkele predikers, waaronder Johannes de Doper vaak als profeten gezien werden. Ook Jezus werd soms als profeet beschouwd[4].

Daarnaast wordt beschreven dat er valse profeten waren, mensen die zich uitgaven als profeet maar niet uit naam van God spraken. Voor die mensen wordt door Jezus en zijn apostelen gewaarschuwd. In de loop der tijd zijn er verscheidene geweest. Zij kregen vaak ook volgelingen en richtten een sekte op. De Amerikaan Joseph Smith bijvoorbeeld zou in de 19de eeuw de opdracht van een engel gekregen hebben om enkele heilige geschriften samen te stellen. Deze kregen van hem dezelfde autoriteit als de Bijbel. Hij was daarmee de oprichter van de Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen (ook wel Mormonen genoemd).

Profeten in de islam

Volgens de islam is Mohammed de laatste profeet van God. Hij wordt dan ook het Zegel der Profeten genoemd, hoewel er ook moslims zijn, zoals de Ahmadiyya, die na Mohammed nog profeten erkennen.

Profeten in de Koran

De Koran maakt 25 namen bekend: Adam, Idris, Nuh, Hud, Salih, Ibrahim, Lut, Ismaïl, Ishaq, Yaqub, Yusuf, Ayyub, Shu'aib, Musa, Harun, Dawud, Suleyman, Ilyas, Al-Yasa, Yunus, Zulkifl, Zakarya, Yahya, Isa en Mohammed. Soms worden ook Luqman en Dhulqarnain tot de profeten gerekend. Soera De Vrouwen 164 stelt dat God boodschappers (profeten) bij naam heeft genoemd en andere niet heeft genoemd. Soera De Koe 253 maakt duidelijk dat sommige profeten belangrijker zijn dan andere, zonder namen te noemen.

Overeenkomsten met het jodendom en christendom

Een groot deel van de profeten die genoemd worden in de Tenach worden ook in de islam als profeten gezien. Ook staan er personen in de islam als profeet bekend, die niet als zodanig in de Tenach voorkomen, zoals Adam, Seth, Henoch, Noach, Lot, Abraham, Ismaël, Isaak, Jakob, Jozef, Jethro, Aäron, David, Salomo en Daniël. Een aantal joodse profeten, zoals Natan en Debora, staan daarentegen in de islam juist weer niet als profeet bekend. Ook enkele personen uit het Nieuwe Testament worden als profeten gezien en erkend: Jezus van Nazareth, Zacharias en Johannes de Doper.

In de islamitische traditie worden geen vrouwelijke profeten genoemd, hoewel in Soera 21:91 Maria (enigszins verhuld) in de lijst der profeten wordt opgenomen. Het ontbreken van namen van vrouwelijke profeten sluit niet uit dat die er wel geweest kunnen zijn. De consensus is echter, zoals verwoord door de toonaangevende islamgeleerde Dr. Jamal Badawi, dat er geen vrouwelijke profeten zijn.

Naast de profeten uit de Bijbel zijn er ook enkele Arabische profeten die alleen binnen de islam bekend zijn, zoals Hud en Salih. Sommige profeten zijn eveneens boodschapper. Het geloof in de profeten, zowel bekend van naam als niet bekend van naam, wordt doorgaans gezien als een van de Zuilen van geloof binnen de islam. Alle profeten in de islam zijn al bekend: er komen in een hedendaagse gebedsdienst geen profeten meer bij. In de islam is er geen behoefte aan een gedefinieerd onderscheid tussen een ware en een valse profeet.

Over "valse profeten" en "zelfverklaarde profeten"

Van zo'n 8000 personen is bekend dat zij beweerden een boodschap van een godheid te hebben vernomen. Tot deze personen worden ook David Koresh en de Nederlandse profeet Lou de Palingboer gerekend hoewel zij zichzelf geen profeet noemden. Maar zij meenden respectievelijk als de wedergekeerde Jezus Christus en God zelve wel de boodschap van een godheid te verkondigen. Ook Mirza Ghulam Ahmad uit India riep zichzelf uit tot profeet.

Voor mensen die in de betrouwbaarheid van profeten geloven, zijn (andere) profeten waar zij niet in geloven "valse profeten" of "zelfverklaarde profeten".

Trivia

  • Een onheilsprofeet is iemand die een grote ramp voorspelt. De term wordt vooral gebruikt door mensen die niet in die voorspelling geloven.
  • Een weerprofeet is iemand van wie gezegd wordt het weer te kunnen voorspellen. Dit is iets anders dan een meteoroloog, die een weersverwachting opmaakt aan de hand van feitelijke ontwikkelingen of gebaseerd op weermodellen.
  • In diverse uitdrukkingen wordt het begrip profeet gebruikt, bijvoorbeeld: 'een profeet wordt in eigen land niet geëerd.'

Noten

  1. Een bijbetekenis van het oorspronkelijk Griekse werkwo ord is: iets wat verborgen (voor de menselijke kennis) is naar voren (= προ) halen door de rede. Phèteuo als apart ww. vindt men niet in een Grieks woordenboek.
  2. Zie ook het artikel over medium.
  3. Peels, H.G.L., & S.D. Snyman, The Lion Has Roared. Theological Themes in the Profetic Literature of the Old Testament, 10.
  4. Johannes 6:14.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.