werknemer
Nederlands
Woordafbreking
- werk·ne·mer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | werknemer | werknemers |
verkleinwoord | werknemertje | werknemertjes |
Zelfstandig naamwoord
werknemer m
- iemand die voor een ander werkt en daarvoor betaald wordt
- Hij is aangesloten bij een vereniging van werknemers.
Hyponiemen
- caowerknemer, collega-werknemer, ex-werknemer, invoegwerknemer, medewerknemer, niet-werknemer, oud-werknemer, overheidswerknemer, werkgever-werknemer
Afgeleide begrippen
|
|
|
|
Vertalingen
1. iemand die voor een ander werkt en daarvoor betaald wordt
Gangbaarheid
- Het woord werknemer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'werknemer' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.