wenk
Nederlands
Woordafbreking
- wenk
Zelfstandig naamwoord
wenk m
- een teken met de hand gegeven
- Met een wenk liet de politieagent de ene rij auto's optrekken.
- een aanduiding die beoogt het vinden van de oplossing te vergemakkelijken
- Door die wenk was de opgave niet al te moeilijk.
Hyponiemen
Vertalingen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
wenken |
wenk
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wenken
- Ik wenk.
- gebiedende wijs van wenken
- Wenk!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wenken
- Wenk je?
Gangbaarheid
- Het woord wenk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'wenk' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.