utiliseren

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uti·li·se·ren
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

utiliseren [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
utiliseren
utiliseerde
geütiliseerd
zwak -d volledig
  1. op een nuttige manier ergens gebruik van maken
    • Dat is allemaal al weer lang geleden, maar de dilemma's klinken vertrouwd. De pogingen in deze tijd tot utilisering en mercantilisering van het hoger onderwijs zijn waarschijnlijk niet het einde, maar pas het begin van een nieuw conflict over het idee van de universiteit. [2] 
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord utiliseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.